Nederland keek met hoge verwachtingen uit naar de WK-tijdrit van Lars Boom. Hij eindigde uiteindelijk als zestiende, terwijl hij zelf op iets meer had gehoopt. De Brabander is echter niet ongoocheld. “Zo een lange tijdrit na een grote ronde, dat blijkt nu toch allemaal niet zo makkelijk te zijn,” vertelt Boom aan Rabosport.

Boom wist achteraf te zeggen dat hij zijn tijdrit niet zo goed had ingedeeld. “Ik ben misschien iets te hard van start gegaan. Over de eerste ronde deed ik ongeveer even lang als Koos (Moerenhout). Daarna ging het minder goed. In de tweede ronde kwam Vinokourov me voorbij, en daar kon ik goed bij aanpikken. Door een beter laatste rondje werd het uiteindelijk toch nog bijna top-15. Daar ben ik toch niet ontevreden mee.”

Boom maakt zich niet ongerust over deze iets mindere uitslag. “Ik heb wel vertrouwen over mijn toekomst in deze discipline, ik kan daarin nog volop groeien.” Over de wegrit van zondag weet Boom nog te zeggen: “Ik hoop dat ik iets kan betekenen voor de kopmannen en misschien wel voor mezelf.”