Biniam Girmay heeft duidelijk Tour-doel voor ogen: “Geel is een droom, maar het is vooral gevaarlijk”
Interview Hij won vorig jaar drie ritten en nam de groene trui mee naar huis. Toch staat Biniam Girmay niet aan de start als favoriet voor de eerste gele trui in Lille. De sprinter van Intermarché-Wanty wist namelijk nog niet te winnen dit seizoen. Maar ondanks het tegenvallende voorjaar, heeft de Eritreeër ‘gewoon’ de kans om zaterdag de leiderstrui te pakken. “Natuurlijk is geel een droom, maar ik vind de eerste rit vooral heel gevaarlijk”, geeft Girmay daarover aan op de persconferentie.
“Ik rijd tot nu toe niet het perfecte seizoen. Ik heb niet gewonnen, maar mijn vorm is in orde. Vergelijkbaar met die van vorig jaar denk ik”, opent de verdediger van de groene punten trui. “Ik heb me goed kunnen voorbereiden in Eritrea. Ondanks dat mijn resultaten nog niet op m’n best waren, hoop ik dat het harde werk zich uitbetaalt. Natuurlijk geven overwinningen je vertrouwen, maar het is wat het is. Je moet jezelf positieve energie geven en je ploegmaats het vertrouwen geven.”

Girmay kent tot nu toe een teleurstellend seizoen – foto: Cor Vos
Waar veel sprinters al maanden uitkijken naar de mogelijkheid om het geel te pakken, ziet Girmay ook de keerzijde van een vlakke openingsrit. “De eerste etappe biedt gelijk een mooie mogelijkheid om het geel te pakken, maar ik vind het vooral gevaarlijk. Als je daar al valt, ben je heel de drie weken al kwijt. Dat maakt het niet makkelijk om de eerste rit te winnen. Ik wil graag een etappe winnen en daar werk hard daarvoor. Natuurlijk is geel een droom, maar ik ga vooral mijn best doen om ergens in de Tour een rit te winnen.”
Kansen op tweede dag
Volgens de sprinter van Intermarché-Wanty zijn de ingrediënten aanwezig om opnieuw voor ritsucces te gaan. “Ik ben goed in de Tour vanwege de hitte. Dat is mijn grootste voordeel, ik houd ervan als het warmer is.” Maar naast de weersverwachtingen ziet Girmay ook kansen vanwege het parcours. Met name omdat er naast de volledig vlakke etappes ook ritten zijn waarin de finale op het lijf geschreven lijkt van sterkere sprinters die eenvoudig een heuvel kunnen overleven. “Ik zie zondag een grotere kans voor mezelf”, blikt de Eritreeër bijvoorbeeld vooruit.
De tweede rit op zondag bevat al een stuk meer klimkilometers dan die van een dag eerder. De lastigste hoogtemeters bevinden zich in de laatste tien kilometer. De Côte de Saint-Étienne-au-Mont (900 meter, 10,8%) en de Côte d’Outreau (800 meter, 7,9%) zijn de twee pittige kuitenbijters die de koers in de finale kunnen beslissen. Na de tweede klim rest er nog 5,5 kilometer naar de finish in Boulogne-sur-Mer, waar de laatste kilometer lichtjes omhoog loopt. Een perfect parcours voor types als Girmay dus.
Ten slotte krijgt de Afrikaanse spurter de vraag in hoeverre zijn succesvolle Tour van vorig jaar extra druk met zich mee brengt. “Nee, vooral ambitie”, is zijn antwoord. “Eén rit winnen is al moeilijk en ik won er drie. Dat geeft me vertrouwen, ook voor de toekomst. Daardoor weet ik dat ik een sterkere sprinter ben.”
Proest
Dat wordt schrikken, Bini.