Adrie van der Poel vindt het een goede zaak dat zijn zoon Mathieu van der Poel pas op 3 november zijn rentree maakt in het veld. “Er wacht hem een belangrijk en zwaar 2020. Hij heeft nu een prima balans gevonden tussen de drie disciplines. Om die te behouden, is een strikte planning en organisatie nodig”, zegt hij in gesprek met Het Laatste Nieuws.

“Hij is pas een week aan het trainen”, verklaart Van der Poel de uitgestelde rentree van zijn zo succesvolle zoon in het veld. “Om dan, zonder competitieritme, meteen de Koppenberg te bestormen: dat is niet realistisch. Áls hij er aan begint, wil hij meteen in orde zijn.”

Indien nodig, had het volgens de 60-jarige wielervedette wel gekund. “Wáár je precies start, maakt op zich niet zoveel uit. Het is en blijft een uur voluit gaan. In principe liggen alle ‘rondjes’ hem. Maar het is altijd plezanter herbeginnen op eentje dat écht op je lijf is geschreven.” En dat is de Koppenberg nu eenmaal niet.

“Logisch dat er eens iets sneuvelt”
Daarnaast is Van der Poel van mening dat MvdP verder moet kijken dan het huidige veldritseizoen. “Er wacht hem een belangrijk en zwaar 2020. Het klassieke voorjaar, de Olympische Spelen… Hij heeft nu een prima balans gevonden tussen de drie disciplines. Om die te behouden, is een strikte planning en organisatie nodig. Dan is het logisch dat er al eens iets sneuvelt.” Mogelijk wordt er in functie van andere doelen nog meer gesnoeid in het crossprogramma. “Alles hangt af van hoe hij zijn seizoensdebuut doorkomt.”

Adrie van der Poel verwacht tot slot dat zijn jongste zoon er weer zal staan bij zijn rentree in het veld: “Hoe sterk Iserbyt en Aerts op dit moment ook rijden en hoeveel weerwerk ze ook zullen proberen te bieden: in rechtstreekse duels is ‘Matje’ nog maar zelden geklopt.”