Stage 10 Aurillac - Le Lioran (167.0km)
De Fransen krijgen op hun eigen nationale feestdag een aantrekkelijke rit voorgeschoteld. Althans… dat is de verwachting. De vorige keer dat de Tour de France finishte in Le Lioran, wist Jonas Vingegaard Tadej Pogacar na een enerverende rit te kloppen.
In deze tiende etappe trekt het peloton in 167 kilometer door het Centraal Massief. Gestart wordt er ‘s middags in Aurillac, waarna een vlakke openingsfase volgt. Pas in de laatste tachtig kilometer volgt het overgrote merendeel van de liefst 3900 hoogtemeters onderweg.
Na bijna 100 kilometer zijn de renners pas boven op de eerste officiële klim van de dag. Dat is de Col de la Griffoul (5,9 kilometer aan 6,7%), waarna de rest van de etappe geen vlakke meter meer telt. Er zijn de beklimmingen van de Col Prat de Bouc en de Cote de Murat, maar bovenop zijn geen bergpunten te verdienen.
Na bijna 100 kilometer ronden de renners de eerste officiële klim, de Col de la Griffoul, goed voor 5,9 kilometer omhoog fietsen tegen 6,7%. Even later volgt de Col de Prat de Bouc (3,2 kilometer à 5,8%) en direct vanuit de afdaling ook nog de Côte de Murat (6,6 kilometer à 4,4%), maar goed beschouwd zijn dat niet meer dan wat inleidende schermutselingen.
De race ontbrandt pas goed op de Puy Mary (7,8 kilometer aan 6%), die in de laatste kilometers nog stijgt met een stijgingspercentage van 9 procent. maar met de laatst 2,2 kilometer à 8,8%. Na een korte afdaling volgt dan de loodzware Col de Pertus (4,4 kilometer aan 8,5%).
Er zijn dan nog maar 14 kilometer te gaan. In de absolute slotfase is er dan nog de Col de Font de Cère. De laatste veertig kilometer van deze etappe zijn gelijk aan de Tour-rit in 2023, die door Vingegaard dus werd gewonnen.

Stage 10 Aurillac - Le Lioran (167.0km)
De Fransen krijgen op hun eigen nationale feestdag een aantrekkelijke rit voorgeschoteld. Althans… dat is de verwachting. De vorige keer dat de Tour de France finishte in Le Lioran, wist Jonas Vingegaard Tadej Pogacar na een enerverende rit te kloppen.
In deze tiende etappe trekt het peloton in 167 kilometer door het Centraal Massief. Gestart wordt er ‘s middags in Aurillac, waarna een vlakke openingsfase volgt. Pas in de laatste tachtig kilometer volgt het overgrote merendeel van de liefst 3900 hoogtemeters onderweg.
Na bijna 100 kilometer zijn de renners pas boven op de eerste officiële klim van de dag. Dat is de Col de la Griffoul (5,9 kilometer aan 6,7%), waarna de rest van de etappe geen vlakke meter meer telt. Er zijn de beklimmingen van de Col Prat de Bouc en de Cote de Murat, maar bovenop zijn geen bergpunten te verdienen.
Na bijna 100 kilometer ronden de renners de eerste officiële klim, de Col de la Griffoul, goed voor 5,9 kilometer omhoog fietsen tegen 6,7%. Even later volgt de Col de Prat de Bouc (3,2 kilometer à 5,8%) en direct vanuit de afdaling ook nog de Côte de Murat (6,6 kilometer à 4,4%), maar goed beschouwd zijn dat niet meer dan wat inleidende schermutselingen.
De race ontbrandt pas goed op de Puy Mary (7,8 kilometer aan 6%), die in de laatste kilometers nog stijgt met een stijgingspercentage van 9 procent. maar met de laatst 2,2 kilometer à 8,8%. Na een korte afdaling volgt dan de loodzware Col de Pertus (4,4 kilometer aan 8,5%).
Er zijn dan nog maar 14 kilometer te gaan. In de absolute slotfase is er dan nog de Col de Font de Cère. De laatste veertig kilometer van deze etappe zijn gelijk aan de Tour-rit in 2023, die door Vingegaard dus werd gewonnen.
