Morgen begint met het Critérium du Dauphiné de eerste echte voorbereidingskoers op de grootste wielerwedstrijd van het seizoen: de Tour de France. De rittenkoers in de Franse Alpen is echter meer dan alleen een voorbereidingswedstrijd, want een eindzege in ‘de Dauphiné’ is een parel op de erelijst. WielerFlits blikt dan ook uitgebreid vooruit op de achtdaagse ProTour-koers.

Historie
Het Critérium du Dauphiné, tot vorig jaar bekend onder de naam Critérium du Dauphiné Libéré, is dit jaar toe aan zijn 62ste editie. De rittenkoers werd voor het eerst verreden in het jaar 1947, toen de Fransman Edouard Kablinski zich tot eindwinnaar kroonde. Aangezien de Dauphiné meestal verreden werd in juni, stond de wedstrijd net als nu te boek als een ideale voorbereidingskoers op de Tour de France. Dit resulteerde in enkele bekende Tourhelden op de erelijst, zoals Louison Bobet (1955), Jacques Anquetil (1963; 1965), Raymond Poulidor (1966; 1969), Luis Ocaña (1970; 1972; 1973), Eddy Merckx (1971), Bernard Thévenet (1975; 1976), Bernard Hinault (1977; 1979; 1981), Greg LeMond (1983); Miguel Indurain (1995; 1996) en Lance Armstrong (2002; 2003).

Veel Nederlandse eindoverwinningen heeft de Dauphiné Libéré niet gekend. Met Johan van der Velde in 1980 stond er zelfs maar één maal een Nederlander op het hoogste treedje. Ook de Belgen komen niet vaak voor op de erelijst. Alleen in 1956 (Alex Close), 1971 (Eddy Merckx) en 1978 (Michel Pollentier) ging de eindzege naar een Belg.

Vorig jaar was het Alejandro Valverde die met de eindzege aan de haal ging, net als in 2008 overigens. De Spanjaard van Caisse d’Epargne keek na twee tijdritten al tegen een grote achterstand aan, en trok op de Mont Ventoux dan ook vroeg ten aanval. De overige favorieten kregen geen geoliede achtervolging op gang. Valverde pakte samen met Sylwester Szmyd, die de rit mocht winnen, dan ook een grote voorsprong, die hij in de daaropvolgende ritten niet meer afstond. In het eindklassement ging de Spanjaard de Australiër Cadel Evans en zijn landgenoot Alberto Contador vooraf.

In Nederlands opzicht was het een bijzonder succesvolle editie. Niki Terpstra en Stef Clement pakten namelijk allebei een ritzege, terwijl Robert Gesink vierde werd in het klassement. Dit jaar wordt de Dauphiné voor het eerst georganiseerd door Amaury Sports Organisation (ASO), die tevens de Tour de France organiseert. Dat is ook de reden voor de naamsverandering van de wedstrijd, aangezien de Franse krant Dauphiné Libéré niet langer de organisator is.

Parcours

6 juni, proloog: Evian les Bains-Evian les Bains (6 km) ITT
Het Critérium du Dauphiné wordt dit jaar op gang geschoten met een zes kilometer lange proloog rond het grensplaatsje Evian les Bains, gelegen aan het Meer van Genève. Het parcours van deze proloog is niet geheel vlak, want onderweg moet een bijna 500 meter hoog heuveltje beklommen worden, waar punten zijn te verdienen voor het bergklassement (4de categorie). Voor de sprinters zal dit wellicht iets te veel van het goede zijn, maar echte proloogspecialisten als David Millar moeten dit zeker aankunnnen.

*** David Millar
** Alberto Contador, Tejay van Garderen
* Samuel Sanchez, Janez Brajkovic, Jean-Christophe Peraud

7 juni, etappe 1: Evian les Bains-Saint Laurent du Pont (191,5 km)
De eerste rit in lijn is in veel koersen weggelegd voor de sprinters, maar in deze Dauphiné lijkt dat niet het geval te zijn. Er moeten namelijk flink wat heuvels overwonnen worden, en slechts op vijf zes kilometer voor de finishlijn staat er nog een bergje van derde categorie op het programma. Ideaal voor de vluchters, zo lijkt het, en dus moeilijk te voorspellen. Duidelijk is in ieder geval dat de ritwinnaar over een redelijk stel klimmersbenen moet beschikken, en ook een sterk eindschot is geen overbodige luxe.

*** Peter Velits
** Grega Bole, Amaël Moinard
* Jérôme Coppel, Pierrick Fédrigo, Daniele Bennati

8 juni, etappe 2: Annonay-Bourg Saint Andéol (177 km)
Deze etappe is samen met die van gisteren één van de twee ritten waarin de sprinters een kans maken, maar ook vandaag moeten ze dan flink wat hindernissen overwinnen. Verschil met de eerste rit in lijn is echter dat het zwaartepunt van de etappe, dit maal twee bergjes van tweede categorie, een eind van de finish vandaan ligt. Dat lijkt perspectief te bieden voor de weinige snelle mannen die aanwezig zijn, maar het is de vraag welke ploegen echt gaan werken.

*** Daniele Bennati
** Samuel Dumoulin, Grega Bole
* Manuel Cardoso, Geoffroy Lequatre, Michel Kreder

9 juni, etappe 3: Monteux-Sorgues (49 km) ITT
De derde etappe wordt de eerste echte test voor de klassementsmannen. Er staat namelijk een individuele tijdrit over 49 kilometer op het programma. Voor de tijdrijders die ook nog redelijk kunnen klimmen dé kans om voorsprong te pakken op de echte klimmers, en voor de pure klassementsmannen de mogelijkheid om een basis te leggen voor een eventuele eindzege én om een mentale tik uit te delen met het oog op de Tour de France.

*** Alberto Contador
** David Millar, Chris Horner
* Artem Ovechkin, Samuel Sanchez, Koos Moerenhout

10 juni: etappe 4: Saint Paul Trois Châteaux-Risoul (210,5 km)
Na de tijdrit van gisteren moeten de klassementrenners ook vandaag weer flink aan de bak. De finishlijn ligt namelijk getrokken op 1870 meter hoogte in Risoul, na een slotklim van zo’n 13 kilometer. De vraag is echter in hoeverre de echte toppers al met krachten gaan gooien, aangezien de Tour nog voor de deur staat. Deze rit lijkt dan ook geknipt voor aanvallende klimmers als Juan Mauricio Soler.

*** Juan Maurico Soler
** Sylwester Szmyd, Alberto Contador
* Pierrick Fédrigo, Romain Sicard, Samuel Sanchez

11 juni, etappe 5: Serre Chevalier-Grenoble (143,5 km)
Ook vandaag wordt er weer flink wat geklommen. Al direct van de start gaat het omhoog richting de Col du Lautaret (2de categorie), en na een lange afdaling en een stukje door de vallei staat ook de Chamrousse (buitencategorie) nog op het programma. De finish ligt vandaag echter niet bovenop, maar na een ruim 40 kilometer lange afdaling in Grenoble. Er zullen schiftingen ontstaan, maar de ritzege zal waarschijnlijk voor aanvallende renners met goede klimmersbenen zijn.

*** Rein Taaramae
** Cyril Dessel, Pierre Rolland
* Jérôme Coppel, Fredrik Kessiakoff, Thibaut Pinot

12 juni, etappe 6: Grolles-Alpe d’Huez (151,5 km)
Op 12 juni staat de koninginnenrit van deze Dauphiné op het programma. De etappe voert namelijk naar de befaamde Alpe d’Huez, één van de bekendste beklimmingen in de wielerwereld, zo niet dé bekendste. Voordat de renners aan de mytische col beginnen, moeten ze ook nog eens Côte des Fontaines (3de categorie), de Col du Grand Cucheron (2de categorie) en de Col du Glandon (buitencategorie) beklimmen. De verwachting is dat de favorieten zich hier wel echt gaan bemoeien met de ritzege, en dan komt uiteraard Tourwinnaar Alberto Contador als topfavoriet uit de bus.

*** Alberto Contador
** Samuel Sanchez, Chris Horner
* Denis Menchov, Jurgen van den Broeck, Sylwester Szmyd

13 juni, etappe 7: Allevard les Bains-Sallanches (148 km)
Traditioneel staat er op de slotdag van de Dauphiné een zeer heuvelachtige rit op het programma, waar meestal een grote groep al vroeg op avontuur gaat en mag strijden om de ritzege. Dit jaar zal dat waarschijnlijk niet anders zijn, en dus wordt het weer een lastige taak om te voorspellen wie er met de etappezege aan de haal gaat. Net als in rit 1 geldt: de ritwinnaar moet over een redelijk stel klimmersbenen moet beschikken, en ook een sterk eindschot is geen overbodige luxe.

*** Rémi Pauriol
** David de la Fuente, Jérôme Coppel
* Kanstantsin Sivtsov, Stefan Denifl, Paul Martens

Deelnemers
De deelnemerslijst is zoals elk jaar weer opgefleurd met enkele klinkende namen, zoals Alberto Contador, Samuel Sanchez en Denis Menchov. Toch kiezen steeds meer grote Tourfavorieten, denk aan Cadel Evans, Andy Schleck en Lance Armstrong, voor de Ronde van Zwitserland, die op de één na laatste dag van de Franse rittenkoers van start gaat. De meest opvallende afwezige dit jaar is echter Alejandro Valverde, de winnaar van de voorbije twee edities. De Spanjaard van Caisse d’Epargne kreeg deze week namelijk te horen dat hij voor twee jaar geschorst wordt vanwege betrokkenheid bij Operacion Puerto.

Aan de 62ste editie van de Dauphiné doen zes Nederlanders mee, namelijk Dennis van Winden, Maarten Tjallingii, Bram Tankink, Koos Moerenhout, Sebastian Langeveld (allen Rabobank) en Michel Kreder (Garmin-Transitions). Gerben Löwik en Servais Knaven staan bij hun werkgevers Omega Pharma-Lotto en Team Milram op de reservelijst.

Klik hier voor de deelnemerslijst.

Favorieten
Het Critérium du Dauphiné is een rittenkoers, en Alberto Contador staat aan de start. De topfavoriet is dus al bekend, want bijna elke rittenkoers waaraan de Spanjaard van Astana meedoet, sluit hij winnend af. De Dauphiné is ook nog eens een wedstrijd die precies bij zijn kwaliteiten past, en het enige wat Contador wellicht de das om kan doen is zijn eigen motivatie. Bij Astana hebben ze echter ook nog Daniel Navarro achter de hand, die vorig jaar knap 13de werd in de Ronde van Spanje. De nummer acht van diezelfde rittenkoers, Paolo Tiralongo, staat ook namens Astana op de startlijst, maar de vraag is in hoeverre de Italiaan is hersteld van zijn valpartij in de Ronde van Italië.

De grootste uitdager van Contador lijkt zijn landgenoot Samuel Sanchez te zijn. De Euskaltel-renner heeft net als de Tourwinnaar een puike tijdrit in de benen, en is tevens een zeer goede klimmer, maar vooral één van de beste afdalers ter wereld. Zijn Franse ploeggenoot Romain Sicard, vorig jaar onder meer winnaar van de Ronde van de Toekomst en het WK U23, kan wellicht voor een verrassing zorgen. Verder is er uiteraard nog de ploeg van Lance Armstrong (die zelf in Zwitserland zal rijden): Team RadioShack. De Amerikaanse formatie moet het vooral hebben van het sterke blok waar zij over beschikken. Met de ervaren Amerikaan Chris Horner, dit jaar op imponeerende wijze winnaar van de Ronde van het Baskenland, de eveens ervaren Spanjaard Haimar Zubeldia, die altijd goed is in de Dauphiné, en de 26-jarige Sloveen Janez Brajkovic, die zijn winst vooral in de tijdritten moet pakken, moet de Amerikaanse ProTour-ploeg zeker in staat geacht worden een gooi te doen naar de eindzege.

Een andere ploeg die een sterk blok heeft, is het Spaanse Caisse d’Epargne. Door de schorsing van Valverde mist de ploeg echter een echte kopman, maar met de twee klimgeiten Juan Maurico Soler en Juan José Cobo moeten ze in de bergen toch zeker voor vuurwerk kunnen zorgen. Met name Cobo heeft dit jaar echter nog niet veel laten zien, en in de tijdritten zullen ze veel tijd verliezen. Dat laatste geldt niet voor hun ploeggenoten Ruben Plaza en Christophe Moreau (winnaar in 2007), die in de bergen echter weer ietwat tekort komen. Dan is er nog de Belgische formatie Omega Pharma-Lotto, die met Jurgen van den Broeck en Jean-Christophe Peraud twee kopmannen met zich mee brengt. Zowel de Belg en de Fransman zijn subtoppers in het klimwerk, en hebben tevens een sterke tijdrit in de benen. De ander Belgische ploeg, Quick Step, neemt Kevin Seeldraeyers mee. De jonge Belg liet dit jaar nog niet veel zien, maar was vorig jaar in de Giro nog de beste jongere.

Verder moet er ook rekening gehouden worden met het Nederlandse Rabobank, dat dit jaar niet met Robert Gesink maar met Denis Menchov aantreedt. De Russische Giro-winnaar van 2009 kampt de afgelopen tijd echter met bronchitis, en de vraag is dus in hoeverre hij al in topvorm is. Dan is erg nog Rein Taaramae. De Est van Cofidis rijdt een zeer sterk seizoen tot nu toe, maar de steile Alpe d’Huez is wellicht iets te zwaar. Datzelfde geldt voor de Britse tijdritspecialist David Millar (Garmin), vorig jaar nog negende in de eindstand. Bij Sylwester Szmyd is het juist andersom. Bergop kan de Pool van Liquigas, doorgaans meesterknecht van Basso of Nibali, met de besten mee, maar in het tijdrijden verliest hij veel tijd.

Tot slot zijn er nog de Fransen. Eén van de thuisrijders die wel eens voor en verrassing zou kunnen zorgen is Jérôme Coppel. De jonge renner van Saur-Sojasun rijdt een zeer sterk seizoen, waarin hij onder meer 10de werd in Parijs-Nice, en kan redelijk klimmen én tijdrijden. Verder zijn er de wat bekendere namen van Cyril Dessel (Ag2r), vier jaar terug 7de in de Tour, Christophe Le Mével (Française des Jeux), vorig jaar 10de in de Tour en de talenten Rémi Pauriol (Cofidis) en Pierre Rolland (Bbox). Vanuit Nederlands oogpunt is het vooral kijken naar de ontwikkelingen van toptalent Michel Kreder (Garmin).

Favorieten volgens WielerFlits.nl
**** Alberto Contador
*** Samuel Sanchez, Chris Horner
** Denis Menchov, Jurgen van den Broeck, Haimar Zubeldia
* Jean-Christophe Peraud, Juan Soler, Janez Brajkovic, Christophe Le Mével