Veldritploegen vrezen én begrijpen betaalmuur: “Ons businessmodel klopt gewoon niet”
Interview Er is bij de belangrijkste veldritploegen begrip en respect voor Telenet en Proximus over de beslissing om voortaan de helft van de klassementscrossen in België achter de betaalmuur te steken, maar toch ook een beetje vrees.
Nadat de beslissing van de telecomoperatoren wereldkundig werd gemaakt, kwam er een stortvloed aan verontwaardigde reacties op gang. Niet alleen op in de comment-sectie op onze website zelf, maar ook op de crossparcoursen hoorden we afgelopen weekend onbegrip en zorgen bij verschillende actoren uit de veldritwereld.
Weinig respons
De grootste vrees die bij een deel van het publiek lijkt te leven is niet alleen hun eigen portemonnee, maar ook de toekomst van de cross. Wordt het veldrijden niet ‘gemarginaliseerd’ als er minder zichtbaarheid is bij het grote publiek? En als dat zich langer doorzet: gaan sponsoren dan niet minder happig zijn om te investeren in een veldritploeg en geraken kinderen niet minder gemakkelijk geïnspireerd, als het minder toegankelijk wordt om hun helden rechtstreeks aan het werk te zien op televisie?
We gingen eerder deze week al over de kwestie in gesprek met Telenet, maar dat nam de vrees niet weg. Hoog tijd dus om enkele sponsoren aan het woord te laten, maar de naamsponsors van de grote blokken waren niet happig op een reactie.
Het is een situatie die plotseling en onverwachts is ontstaan, en blijkbaar ligt die zeer gevoelig. Vanuit Crelan, een partij met een jarenlange traditie in de cross als sponsor van Sven Nys en later van de Crelan-Corendon-ploeg, klinkt bijvoorbeeld dat ze ‘andere partijen beter geplaatst vinden om te reageren’.
“Zelf heb ik het er nog niet uitgebreid met mijn sponsors over gehad”, stelt Jurgen Mettepenningen, ploegmanager van Pauwels Sauzen-Altez Industriebouw – ofwel de Belgische crossploeg die dankzij Michael Vanthourenhout zowel de Superprestigecross in Ruddervoorde als Overijse won. “Als ploeg hebben wij daar eigenlijk ook niets in te zeggen. Het is niet dat de zenders daar met ons over in gesprek gaan. Natuurlijk zouden we liever hebben dat alle crossen op het open net te zien zijn, maar het dat is blijkbaar moeilijk.”
Mettepenningen voelde de bui wel al ergens hangen. “Het is een beetje eigen aan deze tijd. Ik denk dat ze de trend van het voetbal proberen te volgen, waarin bijna niets meer op het open net wordt getoond. We zullen ons daar stilaan aan moeten aanpassen. Voor nu is het voor ons duidelijk dat betaalzenders niet goed zijn. Het gaat echt ten koste van de bereikbaarheid van de sport.”
Bij Sven Nys, ploegbaas bij de Baloise Glowi Lions, klinkt eenzelfde verhaal. “Het is natuurlijk niet nieuw. De afgelopen jaren zaten er al een paar wedstrijden achter de betaalmuur, nu zijn dat er wat meer. We moeten het ook niet dramatiseren. Het ene jaar zullen het wat meer crossen zijn dan het andere jaar. En er zijn ook nog heel wat wedstrijden die wél vrij te volgen zijn.”
“Ons geluk is dat de VRT na iedere cross nog een samenvatting uitzendt”, zegt Mettepenningen. “Uiteindelijk blijft het verhaal voorlopig nog beperkt. Meer dan de helft van de crossen zit nog altijd bij Sporza.”
Toch ook begrip
Nys denkt wel te weten waarom de Superprestige- en Wereldbeker-crossen juist achter de betaalmuur komen. “Dat heeft voor een deel te maken aan sponsoren die verbonden zijn aan bepaalde klassementen, die de wedstrijden uitzenden”, doelt hij op Telenet, die hoofsponsor is van de Superprestige en de Wereldbeker veldrijden. “In een ideaal scenario kan iedereen alles gratis zien, maar voor een stukje wil iedereen zijn graantje meepikken. Ook de televisiezenders en media achter de sport dus.”

Telenet is alomtegenwoordig in de cross – foto: Fotopersburo Cor Vos
Beide ploegmanagers benadrukken, ondanks de moeilijkheid voor hun eigen crossploegen, wel dat ze de lastige beslissing van Telenet en Proximus respecteren. “Ik begrijp het ergens wel”, zegt Mettepenningen. “De productie van die wedstrijden kost allemaal veel geld. Ze moeten ook gewoon uit de kosten komen. Daarom zeker geen slecht woord over de mensen van Telenet. Hun uitzendingen zijn top en ze doen hun uiterste best voor de cross. Maar vanuit ons perspectief zou het beter zijn als alles vrij te volgen is.”
Nys: “We zijn dit als wielerfan ook niet gewoon geweest. En wie verwend is geweest, doet niet graag toegevingen. Ik wil daarom ook niet vergeten dat Telenet en Proximus een groot budget moeten ophoesten om die wedstrijden te mogen uitzenden en produceren. Dat begrijp ik, maar we zullen altijd meer kijkers hebben als het gratis is dan als de mensen ervoor moeten betalen.”
Inkomsten naar teams?
Wat voor de ploegen een goede tussenoplossing zou zijn, is volgens Nys dat er ook televisiegeld naar de teams zou gaan. “Dat vind ik al heel lang, en dat geldt eigenlijk voor de hele wielersport in het algemeen. Ons businessmodel klopt helemaal niet. We zijn enkel maar afhankelijk van sponsoren. Terwijl de hoofdactoren ervoor zorgen dat er fantastische duels worden uitgevochten. Ze genieten daar niet van mee.”
“Dat is ons grote probleem. Het zou een zegen zijn als we daar ook een stukje van kunnen meegenieten. Dat zou de sport een enorme boost kunnen geven, voor de ploegen en in het algemeen. Maar helaas is dat vandaag niet mogelijk”, besluit de teambaas.
Veldrijden is voornamelijk een folklore sport in Vlaanderen en al een stuk minder in Nederland en N-Frankrijk, dan is het wel op zo’n beetje.
Het leuke eraan voor de fans is het toegankelijke en soms wat kneuterige, dat leent zich niet voor de betaalmuur.
Zou het wegwielrennen zo populair zijn mocht alles achter betaalmuren ?