‘Theo Bos verdient waardig afscheid van de baan’
In het magazine Sportweek is deze week een interview te lezen met Peter Pieters, de bondscoach van de baanwielrenners. Na de teleurstellende prestaties van Theo Bos tijdens de Olympische spelen is Pieters van mening dat Bos nog niet moet overstappen naar de weg:
“Het zal moeilijk worden, hij heeft zeven jaar lang niet op de weg gefietst. En als hij overstapt, is er geen weg meer terug. Ik denk dat hij er later een slecht gevoel aan over zal houden als hij nu die keuze maakt. Dat zeg ik niet omdat er dan een boegbeeld van de baan wegvalt. Natuurlijk zou het jammer zijn, maar dan komt er wel weer een nieuwe. Ik vind dat zo’n topper een waardig afscheid van de baan verdient. Als Theo nu overstapt, gaat hij toch een beetje door de achterdeur af, lijkt het net een uitvlucht. Zou ik jammer vinden. Ik zou tegen hem zeggen: ‘Word nog een keer wereldkampioen, klop Hoy en ga dan de weg op.’ Maar goed, het is zijn beslissing.”
“Ik denk dat Theo nog beter kan, dat hij opnieuw de standaard kan zetten op de baan. In mijn ogen hinkte hij een beetje op verschillende gedachten in dit olympische jaar, daar is hij de fout ingegaan. Ik vond hem niet sterk op de Spelen. Ik zag bij thuiskomst een filmpje dat twee dagen voor zijn eerste wedstrijd was opgenomen. Toen ik dat zag, dacht ik: wat is dat nou? Dat was niet de Theo die ik kende. Hij was altijd zelfverzekerd, riep: ‘Ik ga winnen.’ Op tv zag ik iemand vol twijfels.”
“Achteraf kan ik zeggen dat ik aan zag komen dat Theo niet goed zou zijn op de Spelen. In december reed hij voor het laatst echt goed, in Beijing. Mijn vrouw zei daarna zelfs: ‘Dat is niet de Theo die ik ken.’ En zij is helemaal geen kenner. Ik had mijn twijfels over Theo. Maar wat moest ik? Hij had een plan in zijn hoofd. Moest ik ingrijpen bij iemand die vijf keer wereldkampioen is geworden? Een lastige situatie. We hebben aan al zijn wensen voldaan. Ik dacht ook: hij hervindt zich nog wel. Anderhalve maand voor de Spelen in Cottbus was hij goed, klopte hij Hoy. Toch wist hij die negatieve spiraal niet te doorbreken. Achteraf gezien had ik in moeten grijpen.”