Terugblik 2009: Juni
maandag 16 november 2009 om 07:32

Terugblik 2009: Juni

Het wielerjaar 2009 is inmiddels zo goed als voorbij, maar dat betekent niet dat Wielerflits op zwart gaat. Naast het veldrijden en baanwielrennen kijken we de komende weken aan de hand van een aantal terugblikken terug op het afgelopen wegseizoen. Dit is het vijfde deel, en hierin kijken we terug naar de maand juni. Deze staat in het teken van de voorbereidingswedstrijden op de Ronde van Frankrijk, en van de nationale kampioenschappen.

Ronde van Luxemburg
Op 5 juni ging de vijf dagen durende Ronde van Luxemburg (2.HC) van start, en die was een kolfje naar de hand van thuisrijders Fränk en Andy Schleck en hun ploeg Team Saxo Bank. Na zeges voor Gregory Rast in de proloog en Danilo Napolitano in de eerste etappe, begon de grote Saxo-show. De tweede etappe werd gewonnen door Andy Schleck, die na een lastige etappe de snelste was van een select groepje. De koninginnenrit was prooi voor Fränk Schleck, die zo de leiderstrui pakte. Matti Breschel won de slotetappe en onderstreepte zo de heerschappij van Saxo Bank. Fränk Schleck hield zonder problemen stand en schreef zo de ronde van zijn moederland op zijn naam.

GP Kanton Aargau
Op de slotdag van de Ronde van Luxemburg werd ook de Grote prijs van het Kanton Aargau verreden. De jonge Slovaak Peter Velits pakte de bloemen door Ben Hermans, de talentvolle Belg van Topsport Vlaanderen, te verslaan in een sprint-à-deux. Heinrich Haussler trok zijn goede vorm van het voorjaar gewoon door en won de sprint van het peloton.

Philadelphia International Championship
Een dag later stond in de Verenigde Staten een nieuwe 1.HC-koers op het programma: het Philadelphia International Championship. In deze vrij lange maar overwegend vlakke koers werd er voor de overwinning gestreden in de sprint. Topfavoriet André Greipel loste de verwachtingen in en pakte de bloemen, zijn ploegmaat Greg Henderson werd zelfs nog tweede. Het publiek moest genoegen nemen met een derde plek van thuisrijder Kirk O’Bee.

Dauphiné Libéré
Met de Franse rittenkoers Dauphiné Libéré werd de eerste belangrijke voorbereidingskoers voor de Tour de France verreden. Geen Lance Armstrong aan het vertrek, maar wel mannen als Alberto Contador, Cadel Evans, Robert Gesink en titelverdediger Alejandro Valverde. Eerstegenoemde was zoals gewoonlijk topfavoriet, maar kreeg in de proloog klop van grote concurrent Cadel Evans. Ook in rit twee werd de topfavoriet verslagen. Door een late uitval van David Millar kwam Tom Boonen namelijk te vroeg op kop, waardoor de Italiaan Angelo Furlan met de sprintzege ging lopen.

Niki Terpstra had een goede proloog achter de rug, en zag in de derde rit kansen voor het veroveren van de leiderstrui. De Nederlander van Milram trok dan ook vroeg ten strijde, en klopte aan de meet zelfs zijn medevluchters Ludovic Turpin, Yuri Trofimov, Rémi Pauriol en Inigo Landaluze. Een dubbelslag dus voor Terpstra, maar een dag later kon hij niet op tegen het tijdritgeweld van de echte toppers. Wereldkampioen Bert Grabsch won de rit voor Cadel Evans, die de gele trui herroverde.

Terpstra pakt de zege

Alejandro Valverde verloor veel tijd en dus trok hij de dag nadien vroeg ten aanval op de gevreesde Mont Ventoux. De Spanjaard vloog naar een kopgroep onder aanvoering van het Liquigas-duo Ivan Basso en Sylwester Szmyd en vond even later alleen de laatstgenoemde nog in zijn wiel. De afspraak was dan ook snel gemaakt: Valverde de trui, Szmyd de rit. Vlak voor de finish parkeerde de Pool echter, maar de Spanjaard hield woord en wachtte hem op. In de achtergrond sleurde Robert Gesink op kop, wat hem uiteindelijk 20 seconden winst opleverde op kleppers als Cadel Evans en Alberto Contador.

De Mont Ventoux

De rit daarna kregen de vluchters een vrijgeleide. Op de korte steile slotklim remonteerde de Fransman Pierrick Fédrigo de Belg Jurgen van de Walle en won zo etappe. De dag nadien was het weer de beurt aan de tenoren. Vroege vluchter David Moncutié bleef een ontketende Robert Gesink echter net voor, terwijl de jonge Deen Jakop Fuglsang opviel door zijn aanvallende rijden en een uiteindelijke 5de plaats. Alejandro Valverde kon echter niet bedreigd worden, en kon zo met nog maar één redelijk vlakke rit te gaan al zo goed als zeker zijn van een tweede eindzege op rij.

In die laatste vlakke rit was het weer raak voor Nederland. Raborenner Stef Clement achterhaalde de weggesprongen Timothy Duggan en spurtte na een spannende slotfase sneller dan de Amerikaan en de teruggekeerde Fransman Joly. Het eindklassement werd zoals verwacht een prooi voor Alejandro Valverde, voor de Australier Cadel Evans, zijn landgenoot Alberto Contador en de Nederlander Robert Gesink.

Stef Clement ‘sprint’ naar de zege

Delta Tour Zeeland
Op 12 november kwam het wielerpeloton weer naar Nederland voor de Delta Tour Zeeland (2.1). Voor de sprinters waren er niet alleen kansen in de korte proloog en de twee vlakke etappes, ook voor de eindzege waren de rappe mannen favoriet. Alessandro Petacchi en Tyler Farrar waren dus de topfavorieten voor het eindklassement. In de proloog was de toon alvast gezet: Farrar won die voor twee Nederlanders, specialist Michiel Elijzen en Rick Flens.

De proloog

In de eerste etappe sprokkelde Farrar onderweg nog wat bonificatieseconden, maar dat koste heel wat krachten. Dat brak hem zuur op in de sprint, waarin hij met een paar banddikten geklopt werd door Petacchi. Farrar behield door zijn tweede plaats wel de leiderstrui. Toch deed het opvallendste feit zich onderweg voor: Kenny Van Hummel kreeg een boete omdat hij iemand een gebroken neus sloeg.

De slotetappe draaide ondanks veel aanvalslust van vooral de Nederlanders ook uit op een massaspurt. Daarin strandden de twee topfavorieten Farrar en werd Petacchi verrast door Robert Wagner, die iedereen los uit het wiel sprintte. De Duitser van Skil-Shimano beëindigde de Delta Tour daardoor op de derde plaats, vlak na Petacchi. Tylar Farrar was na een zege en twee tweede plaatsen de terecht eindlaureaat.

Wagner verrast iedereen

De Ronde van Zwitserland, ofwel Tour de Suisse, was de tweede grote voorbereidingskoers voor de Tour de France dit jaar. En wie Zwitserland zegt, zegt bergen. Die waren echter niet veelvuldig in het parcours opgenomen, en dat bracht perspectief voor nationale held Fabian Cancellara om zijn in het water gevallen voorjaar enigszins goed te maken. In de proloog gaf hij al meteen aan helemaal terug te zijn. ‘Der Canc’ bleef titelverdediger Roman Kreuziger met duidelijke cijfers voor. De dagen nadien was het de beurt aan de sprinters. Rit twee was te zwaar voor Mark Cavendish, waardoor teamgenoot Bernard Eisel een vrijgeleide kreeg. De Oostenrijker klopte Gerald Ciolek met millimeters, om de dag daarna met succes de sprint aan te trekken voor de onklopbare Mark Cavendish.

In de vierde rit was Saxo Bank weer aan de beurt. Favoriet Andy Schleck sprong mee in een succesvolle vlucht en zag zijn ploegmaat Matti Breschel de overige vluchters uit het wiel sprinten. De leiderstrui moesten ze echter wel afstaan. De Sloveen Tadej Valjavec nam die over van Cancellara. De rit nadien was wat selectiever, maar niet selectief genoeg om Cancellara te lossen.

De sprint van een selecte groep, overigens zonder Andy Schleck, werd gewonnen door Michael Albasini. Zijn ploegmaat Mark Cavendish won de volgende dag opnieuw een massasprint, en ook de dag daarna was het weer feest voor Team Columbia. Kim Kirchen remonteerde op het nippertje de weggesprongen favoriet Roman Kreuziger, terwijl Fabian Cancellara wederom stand hield.

Kirchen remonteert Kreuziger

Datzelfde deed hij in de rit naar het wintersportoord Crans Montana. De Zwitser werd er zelfs derde, achter de goed presterende jonge Duitser Tony Martin (tevens tweede in het klassement) en de rappe Italiaan Damiano Cunego.

De Crans Montana

In de afsluitende tijdrit zette Cancellara de kers op de taart. Leider Tadej Valjavec speelde zoals verwacht niets klaar, en de ongenaakbare Zwitser kwam nadat hij Kreuziger had ingehaald al vierend over de finish. In het eindklassement werd de Martin tweede, terwijl titelverdediger Kreuziger ditmaal genoegen moest nemen met de derde plaats.

Cancellara zet de kers op de taart

Ster Elektrotoer
Drie dagen na het einde van de Delta Tour ging alweer een andere Nederlandse rittenkoers van start: de Ster Elektrotoer. Het zwaartepunt van deze editie lag in de proloog en in de koninginnenrit, waarvoor de organisatie een ommetje naar de Waalse Ardennen had voorzien.

De proloog werd een echte Nederlandse aangelegenheid: Piet Rooijakkers en Lieuwe Westra moesten de duimen leggen voor hun landgenoot Niki Terpstra, die de eerste leiderstrui mocht aantrekken. Na twee relatief makkelijke etappes waarin de onvermijdelijke André Greipel de snelste was, kwam de grootste beproeving voor Terpstra: standhouden in de Ardense heuvels. Tot ieders verbazing slaagde de leider daar wonderwel in: Philippe Gilbert won wel op zijn geliefkoosd parcours, maar Terpstra deed het voortreffelijk door slechts twee seconden toe te geven op de Waal. De leiderstrui bleef nog nipt in handen van de Nederlander, hoewel Gilbert in dezelfde tijd genoteerd stond.

In de slotetappe gebeurde echter het ondenkbare. Silence-Lotto nam de koers in handen en loodste zijn kopman naar de eerste tussensprint, waar Gilbert aan een derde plaats welgeteld één bonificatieseconde én de virtuele leiderstrui overhield. Wanneer ‘Phil’ datzelfde nummertje nog eens opvoerde bij de tweede tussensprint, was het een verloren zaak. Dat André Greipel in de straten van Helmond zijn derde zege pakte, was bijzaak. Niki Terpstra droeg de leiderstrui sinds de proloog, maar raakte die in extremis kwijt.

Route du Sud
Tegelijkertijd met de Ster Elektrotoer werd de Route du Sud verreden. Deze lastige koers in Zuid-Frankrijk telde behalve twee vlakke ritten waar de vluchters het mochten uitvechten voor de zege ook twee zware bergritten, die het eindklassement in een definitieve plooi legden. Przemyslav Niemiec toonde zich in de eerste daarvan veruit de beste door een minuut weg te rijden op Massimo Giunti en een handvol Fransen en de leiderstrui te pakken. In de daaropvolgende etappe beperkte de leider zich tot het volgen van zijn dichtste belagers. De Pool kwam niet meer in de problemen en pakte de eindwinst in de Route du Sud.

Ronde van Slovenië
Ook op dat moment vond de Dirka Po Sloveniji (2.1) plaats. Door de drukke kalender ontbraken de echte toppers, maar de subtoppers lieten zich opmerken. Jakob Fuglsang won de openingsetappe op een imponerende manier: de jonge Deen reed maar liefst meer dan twee minuten weg van enkele thuisrijders. In de tweede etappe was Giovanni Visconti de beste, en de dag erna stond er weer een bergrit op het programma. De Sloveen Simon Spilak rondde een lange vlucht succesvol af, aangezien Fuglsang meer interesse had in het volgen van de andere klassementsmannen dan in het behalen van de etappezege. De slotetappe was prooi voor de pas 20-jarige Marko Kump, die de snelste was in de pelotonssprint. Jakob Fuglsang pakte de eindzege en verzilverde zo zijn goede vorm van de Dauphiné.

Eendagskoersen
Vooraleer de renners in hun eigen land mochten strijden voor de nationale titel, stonden op 24 juni nog twee eendagskoersen op het programma. In België vond met Halle-Ingooigem (1.1) de generale repetitie voor het Belgisch kampioenschap plaats. Jürgen Van De Walle pakte er zijn eerste profzege na een late uitval uit een kopgroep van drie.

Eerste profzege van Van De Walle

Dezelfde dag werd ook de Giro dell’Appennino (1.1) verreden, een Italiaanse koers met een lastig parcours en een interessant deelnemersveld. Die werd solo gewonnen door Vincenzo Nibali, die op 50 kilometer van de streep iedereen ter plekke liet. De jonge Italiaan zou later ook nog uitblinken in de Ronde van Frankrijk.

Nationale kampioenschappen: tijdrijden
Van 24 tot 26 juni mochten de tijdrijders zich per land met elkaar meten. De belangrijkste winnaars waren Rubens Bertogliati (Zwitserland), Lars Ytting Bak (Denemarken), Edvald Boasson Hagen (Noorwegen), Alberto Contador (Spanje), Bert Grabsch (Duitsland). In Nederland en België stonden de kampioenschappen pas in augustus geprogrammeerd.

Nationale kampioenschappen: wegrit
De dagen daarna vonden dan weer de wegritten plaats. Renners die zich vanaf dan een jaar lang in hun nationale kleuren mochten laten zien, waren onder andere Filippo Pozzato (Itaië), Ruben Plaza (Spanje), Martin Reimer (Duitsland), Dimitri Champion (Frankrijk), Sergei Ivanov (Rusland), Fabian Cancellara (Zwitserland), Andy Schleck (Luxemburg), Matti Breschel (Denemarken), Kurt Asle Arvesen (Noorwegen) en Dimitri Fofonov (Kazachstan).

In Nederlands kampioenschap in Heerlen-Landgraaf was Joost van Leijen dé revelatie. De 25-jarige renner was de hele dag in de aanval en maakte uiteindelijk deel uit van de groep van zes die het zouden gaan uitvechten voor de zege. Maar dat was zonder Koos Moerenhout gerekend: in de laatste kilometer kwam hij uit de achtergrond terug en ging hij gewoon op en over de leiders. Niemand kon het wiel houden van een ontketende Moerenhout, die z’n tweede nationale titel pakte. Kenny Van Hummel sprintte naar de tweede plek, Joost van Leijen behaalde een oververdiende derde plaats.

Koos doet het

Het Belgisch kampioenschap vond plaats in het Waalse Aywaille, de woonplaats Philippe Gilbert. De kopman van Silence-Lotto was dé topfavoriet op het lastige parcours. Maar dat de lastige klim in het begin van de omloop lag, speelde niet in het voordeel van Gilbert. Hij plaatste meerdere demarrages, zowel op z’n eentje als met een klein groepje, maar werd telkens weer teruggehaald. In de sprint werd de thuisrijder geklopt door Tom Boonen.

Boonen BK

Minder plezierig nieuws werd halverwege juni bekendgemaakt: de UCI maakte de namen bekend van vijf renners die via het biologisch paspoort zijn betrapt op doping. Het ging om de Spanjaarden Igor Astarloa, Ruben Lobato en Ricardo Serrano en de Italianen Pietro Caucchioli en Francesco de Bonis.

Terugblik:
Januari en Februari
Maart
April
Mei

Met dank aan Luuk van der Meer

RIDE Magazine
RIDE Magazine