Laurens ten Dam heeft een paar helse dagen achter de rug in de Tour de France, door een val in de afdaling van de Tourmalet heeft de Raborenner de afgelopen dagen zowel in fysiek als in mentaal flink afgezien. Echter lijkt het tij te keren en hoopt Ten Dam de komende dagen nog in een ontsnapping mee te kunnen gaan.

Ondanks de pijn, kwam het bij Ten Dam niet in hem op om in de remmen te knijpen. “Ik heb nooit aan opgeven gedacht. Wel heb ik met Kenny van Hummel gesproken. Ik zei: ik kan altijd nog bij jou blijven. Hij zag dat wel zitten: ik sleuren op kop naar boven en Kenny voor me in de afdaling. In de klim naar Verbier,,Er stonden zo veel Nederlanders, iedereen was enthousiast. Het was bij het gekke af.”

De Raborenner heeft sinds zijn val met veel pijn op de fiets gezeten. “Het waren niet de leukste dagen. Ik zat volledig geblokkeerd op mijn fiets. Mijn lichaam dacht: Laurens, zoek het maar uit. Ik had geen enkele power meer in de benen. In de Dauphiné Libéré of de Ster Elektrotoer was ik zeker afgestapt. Maar dit is de Tour.”

De Nederlander probeert de kritiek op het slechte presteren van zijn ploeg iets te nuanceren. “Denis heeft gewoon een grote ronde gewonnen. Ik begrijp de kritiek. Het is een feit dat we geen goede Tour rijden. Maar vergis je niet hoe diep Denis is gegaan in de Giro. Hij zal daarna echt wel even hebben moeten bijkomen, terwijl voor andere renners wellicht de maandag na de Giro al de voorbereiding op de Tour begon.”

Of er nog kansen zijn voor zichzelf de komende dagen zegt inwoner van Maastricht tegen AD Sportwereld “Natuurlijk ga ik proberen aan te vallen, maar het is niet makkelijk. Je moet er ook een neusje voor hebben. In de Giro heb ik me nooit hoeven bekommeren op ontsnappingen. Nu moet dat wel en is het vanaf de start alsof je in een finale rijdt. Ik heb respect voor Albert Timmer. Twee keer mee in een ontsnapping, dat is echt knap.”