Als het aan UAE Emirates had gelegen, dan was Tadej Pogacar vanmiddag – in de ijskoude en regenachtige zestiende rit – helemaal niet voor zijn vijfde ritzege in de Giro gegaan. De ploeg liet gewillig een vlucht met sterke jongens wegrijden, maar dat was buiten de renners van Movistar gerekend, die wel kansen voor hun kopman Einer Rubio zagen om op te schuiven in het klassement.

“De dag startte in eerste instantie met wat verwarring, we wisten niet goed wat we moesten doen. Maar vanaf we begonnen te koersen, was het eigenlijk oké. Sinds gisteren was ik vooral aan het denken dat ik vandaag veilig wilde blijven. Dat wilde het hele peloton natuurlijk ook. Maar de omstandigheden waren uiteindelijk goed voor ons, goed voor iedereen. We mogen blij zijn dat het allemaal goed is verlopen.”

• 

  21 mei

  Lees ook Giro 2024: Veelvraat Tadej Pogacar demonstreert ook in ingekorte bergrit

  21 mei

Al was een nieuwe ritzege voor de Sloveense veelvraat geen must. “Er reed vroeg in de rit een vlucht weg, dat was goed voor ons. We hebben ons rechtgezet en wilden relaxen, maar de renners van Movistar bleef maar pushen. Ze wilden de ontsnapping dichtbij houden en gingen heel snel op de voorlaatste helling. Pas in de laatste twee kilometer zijn we zelf nog beginnen controleren. Rafal (Majka, red.) had er genoeg van en zei: kom, we zetten druk en proberen nog een kloof te maken.”

“Ik dacht lange tijd dat Pellizzari de rit zou winnen. Hij was dichtbij en ik ben heel blij dat hij nog tweede werd. Ik bewonder hem in deze Giro. Hij stuurde me eerder deze Giro nog een foto van in 2019, toen we nog allebei kinderen waren. Nu zijn we hier, hij is sterk en misschien kan hij deze week nog een rit winnen.”