foto: Marcel Koch

Het overgrote deel van de Nederlandse wielrenners gebruikte aan het eind van de jaren negentig en begin deze eeuw doping. Dat heeft de Commissie Anti-Doping Aanpak onder leiding van oud-minister Winnie Sorgdrager geconcludeerd in het rapport ‘Meedoen of stoppen’.

In dit rapport staat genoteerd dat renners zich in die tijd gedwongen voelden om te kiezen tussen doping of te stoppen met koersen. “In hun ogen was het cruciaal voor het slagen van hun carrière en het kunnen voldoen aan de basale verwachtingen van de ploegleiding”, stelde de commissie na gesprekken met tientallen personen, onder wie (oud-)wielrenners, ploegleiders en medisch begeleiders.

De commissie zegt dat na de introductie van EPO halverwege de jaren negentig het dopinggebruik in de Nederlandse wielersport verankerd was. De ploegen speelden daarbij eerder een begeleidende dan sturende rol. Volgens Sorgdrager is de kijk op doping in de laatste jaren veranderd, zeker in ons land. Ploegen benadrukken tegenwoordig hun dopingvrije aanpak.

Bekijk hier het volledige rapport.