“Dit is de eerste keer dat zelfs de achterste rij gevuld is met bezoekers,” lacht Bert Bruggink, financieel directeur van Rabobank Nederland. Het hagelnieuwe auditorium van het Rabobank hoofdkantoor in centrum Utrecht, is het toneel voor de ploegenpresentatie van de gelijknamige wielerploeg. De verzamelde pers en invités vullen de volledige conferentiezaal.

In tegenstelling tot andere jaren presenteert de wielerploeg haar teams tegelijkertijd, wat resulteert in een propvol podium. Harold Knebel, algemeen directeur van de Rabo Wielerploegen, spreekt over 71 man, inclusief de technische omkadering. “2011 is een seizoen geweest met twee gezichten”, opent Knebel zijn terugblik. “We begonnen fantastisch met enkele mooie overwinning in het voorjaar, maar helaas werden we niet gespaard van tegenslag,” verwijzend naar onder meer de ongelukkige val van Robert Gesink in de Ronde van Frankrijk. Ondanks de grote successen van het afgelopen jaar ziet hij genoeg ruimte voor verbetering. “De doelstelling van Rabobank is structureel meedraaien in de wereldtop. De tijd is rijp voor de volgende stap.”

Eén van de stappen in de juiste richting is de aanwinst van het vrouwenteam. “Door de komst van de Rabobank Women Cycling Team is de Rabo-familie nu compleet,” verwoordt Knebel met gepaste trots. ”De vrouwenploeg rond Marianne Vos maakt de cirkel rond.”

Naast de Olympische Spelen in London is de profdivisie reeds begonnen met de voorbereidingen op het wereldkampioenschap in Valkenburg. Het evenement dat pas eind september volgend jaar op de kalender staat, is voor Rabobank extra speciaal. De bank heeft zich als hoofdsponsor weten te binden aan de organisatie. Daarnaast keert tijdens het WK in Limburg de ploegentijdrit voor merkenteams terug. Technisch directeur Erik Breukink is optimistisch: “De ploegentijdrit zou ons moeten liggen. We hebben uitstekende tijdrijders in de ploeg en in het verleden hebben we laten zien dit onderdeel te beheersen.”

Lees deze week op WielerFlits interviews met Mark Renshaw, Bauke Mollema, Steven Kruijswijk, Bram Tankink en Theo Bos.