Ploegen in de clinch met Tour de France over CT-scanner

Er heerst een groot ongenoegen bij een groot aantal WorldTeams dat de CT-scan in de medische wagen bij de finish in de Tour de France niet gebruikt kan worden. Donderdag op de medische vergadering waarbij alle ploegartsen aanwezig waren, werd nog eens benadrukt dat Tour de France-organisator ASO voor een generator voor krachtstroom moet zorgen. Vooralsnog wordt door de Fransen niet op deze dringende vraag van de meeste teamartsen gereageerd.

Ook de medische dienst van de Tour de France staat volledig achter het belang van een CT-scanner. In de vrachtwagen die met de Tour meereist is de CT-scanner sinds vorig jaar aanwezig, maar het apparaat kan niet gebruikt worden omdat er geen krachtstroom in de nabijheid van de wagen is voorzien. Er kunnen wel röntgenfoto’s en echo’s worden gemaakt, maar deze geven niet zo’n duidelijk beeld als een CT-scanner.

Tom Dumoulin moest na zijn val in 2016 ook een röntgenfoto laten maken aan de finish. Foto: Raymond Kerckhoffs

Juist nu de veiligheid en de gezondheid van de renners zo’n belangrijk issue in het wielrennen is, kan het niet zijn dat er geen gebruik kan worden gemaakt van de CT-scanner bij de finish. De renners lopen het risico dat er op basis van een röntgenfoto of echo wordt besloten om een renner met een botbreuk de volgende dag te laten starten omdat op de röntgenfoto of echo geen breuk is te zien. Terwijl een CT-scan wel die duidelijkheid geeft.

Zo zijn er voorbeelden van renners met een gebroken ruggenwervel die op de röntgenfoto niet werd waargenomen, maar waar de breuk op de CT-scan wel haarfijn zichtbaar was. Zo’n renner loopt het risico om een dwarslaesie op te lopen wanneer hij de volgende dag weer start.