Mathieu van der Poel komt na nieuwe zege in San Remo naast Pogacar, Boonen en Cancellara
De erelijst van Mathieu van der Poel was al indrukwekkend, maar ziet er met een tweede zege in Milaan-San Remo nog wat fraaier uit. De Nederlander won zaterdag alweer voor de zevende keer in zijn carrière een monument en komt zo op gelijke hoogte met enkele grote namen uit het verleden.
Met zijn zege in La Primavera is Van der Poel inmiddels de top-10 binnengeslopen in de ranglijst van renners met de meeste overwinningen in een van de vijf Monumenten. De 30-jarige klassiekerspecialist schaart zich in een rijtje met Gino Bartali, Fabian Cancellara, Tom Boonen en de man die hij zaterdag van een nieuwe en achtste monumentale overwinning wist te houden, Tadej Pogacar.
Mocht Van der Poel over een kleine twee weken ook de Ronde van Vlaanderen winnen, dan komt de renner van Alpecin-Deceuninck op gelijke hoogte met de eind vorig jaar overleden Rik Van Looy. De Keizer van Herentals won in de jaren vijftig en zestig van de vorige eeuw acht monumenten: drie keer Parijs-Roubaix, tweemaal de Ronde van Vlaanderen en één keer Milaan-San Remo, Luik-Bastenaken-Luik en de Ronde van Lombardije.

Van der Poel – foto: Cor Vos
En er zit wellicht nog meer in het vat: Costante Girardengo, Fausto Coppi en Sean Kelly (allen negen overwinningen) krijgt hij nu echt in het vizier. Of Van der Poel nog verder kan stijgen op de ranglijst der monumentenwinnaars, is maar zeer de vraag.
Roger De Vlaeminck staat op de tweede plaats met maar liefst elf monumentale zeges. En de nummer één? Dat is – hoe kan het ook anders – Eddy Merckx. De Kannibaal won in de jaren zestig en zeventig maar liefst negentien(!) monumenten: zeven keer Milaan-San Remo, tweemaal de Ronde van Vlaanderen, drie keer Parijs-Roubaix, vijfmaal Luik-Bastenaken-Luik en twee keer de Ronde van Lombardije.
Zeges in de vijf wielermonumenten
19 – Eddy Merckx
11 – Roger De Vlaeminck
9 – Costante Girardengo, Fausto Coppi, Sean Kelly
8 – Rik Van Looy
7 – Gino Bartali, Tom Boonen, Fabian Cancellara, Tadej Pogacar, Mathieu van der Poel
6 – Henri Pélissier, Alfredo Binda, Fred De Bruyne, Francesco Moser, Moreno Argentin, Johan Museeuw
5 – Gaetano Belloni, Rik Van Steenbergen, Bernard Hinault, Michele Bartoli, Paolo Bettini, Philippe Gilbert
4 – Gaston Rebry, Alfons Schepers, Louison Bobet, Germain Derycke, Felice Gimondi, Walter Godefroot, Hennie Kuiper, Jan Raas, Erik Zabel, Alejandro Valverde
Toen ik wielrennen begon te kijken moest een klassieker dertig jaar oud zijn. Alle wedstrijden van na de oorlog waren daarom semi-klassiekers, hoe leuk of populair die wedstrijden verder ook waren. Maar op een gegeven moment begonnen de ‘nieuwe’ wedstrijden de dertig te halen en werd het plotseling vijftig jaar. En toen ze de vijftig haalden raakte plots het gebruik van de term monument in zwang.
Dat is waarom mensen die Strade Bianche het zesde monument noemen totaal niet begrijpen wat het doel van die term is. Het is een manier om een exclusiviteit te bewaren die de wedstrijden an sich helemaal niet verdienen.
Of het allemaal logisch is? Niet echt, maar het is wat het is, en die status blijft voorlopig gehandhaafd. En daardoor blijven dit de 5 monumenten.
En Vlaanderen is er niet ‘sinds het begin bij’. Die wedstrijd is twintig jaar jonger dan Roubaix en Luik en maar twintig jaar ouder dan Gent-Wevelgem.
Waarom geen status aparte voor de wedstrijden die stammen uit de 19e eeuw? Dat is een minder arbitraire grens dan 1913.
Dit is ‘gate-keeping’. Niks meer, niks minder.
Pogi heeft 4x Ronde van Lombardije, 2 keer Luik-Bastenaken-Luik en 1 keer Ronde van Vlaanderen gewonnen en komt daarmee op 7 monumenten. Milaan-San Remo en Parijs-Roubaix zijn de monumenten, die op zijn palmares ontbreken. Matje staat met 3x Vlaanderen, 2x Parijs-Roubaix en 2x Milaan- San Remo op dezelfde hoogte (in aantal) als Pogi. Over twee weken gaan we zien wie er op 8 komt als niet een derde er mee heen gaat.
Van der Poel kan De Vlaeminck nog wel voorbij.
De UCI voorziet de winnaars van een monument met maar liefst 800 punten sinds een paar jaar. De Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix hebben lange tijd 'een mindere' deelnemerlijst gekend, wellicht wegens de specifiekheid van die wedstrijden: kasseien en smalle wegen. Met een Mathieu en een Tadej aan de start van de Ronde van Vlaanderen is dat euvel echter grotendeels verholpen. Parijs-Roubaix kent al jaren de minste affiche qua deelnemers, maar qua zwaartegraad, heroïek en historiek hoort deze wedstrijd absoluut tot het clubje der monumenten.