Marijn van den Berg beste Nederlander in Gent-Wevelgem: “Mijn sprint wel verpest”
De beste Nederlander in Gent-Wevelgem eindigde op de 23ste plaats en heette Marijn van den Berg. De neoprof van EF Education-EasyPost kwam in het peloton over de finish en heeft dubbele gevoelens. “Ik ben wel teleurgesteld dat ik de sprint soort van verpest, maar ik mag wel tevreden zijn dat ik er nog bij zat”, zegt hij.
“Het was heel zwaar en lang”, aldus de 22-jarige wielrenner tegen regionale omroep RTV Utrecht. “Het is mijn eerste profjaar en dus de eerste keer dat ik zo’n lange koers rijd. Daarom ben ik wel tevreden dat ik in de grote groep zat. Ik werd 23ste, maar ben wel teleurgesteld dat ik de sprint in die groep soort van verpest. Dat is toch jammer, maar ik mag wel tevreden zijn dat ik er nog bij zat.”
Van den Berg kon in de heuvelzone niet altijd mee met de besten. “Ik heb mij terug moeten knokken”, legt hij uit. “Na de laatste keer Kemmelberg zat ik in de eerste achtervolgende groep. Daar heb ik niets hoeven doen, want ik zat bij goede sprinters en hun ploegen hebben mij eigenlijk teruggebracht. Op dat moment kon ik mij sparen en heb ik zelf niet heel hard moeten rijden.”
“Gent-Wevelgem is mij heel goed bevallen. Het is een mooie koers die mij in de toekomst kan liggen. De klimmetjes liggen mij wel en het is voor de rest redelijk vlak. De Kemmelberg had ik in de jeugd al eens gedaan, maar die blijft heel zwaar”, lacht hij. Over winnaar Biniam Girmay had Van den Berg ook nog mooie woorden over. “Het is super bijzonder. Ik ken hem al van vorig jaar en hij is iets jonger dan ik. Dat hij wint is heel knap. Hij is een super goede renner, daar heb ik wel bewondering voor.”
En je kunt Nederlandse gewoon schrijven zonder de ''. Beide ploegen hebben hun rechtspersoon in Nederland en rijden onder Nederlandse vlag.
On topic: het ziet er inderdaad niet best uit, de spoeling is dun. Wat dat betreft had ik afgelopen week meer verwacht van Tolhoek. De enige renner waarbij de verwachtingen hoog gespannen zijn is Kooij. Die gaat wel echt uitgroeien tot een grote. Arensman kan misschien nog een stapje maken.
Wat dat betreft ziet de toekomst er anders uit dan toen we een aantal jaar terug naar de toekomst keken. Toen hadden we met Gesink, Kruijswijk, Mollema, Poels, Kelderman en Dumoulin pure weelde. Van die weelde is weinig meer over.