Lars van der Haar vindt terug plezier én goede vorm in de cross
Interview Eind oktober kondigde Lars van der Haar aan dat hij aan het einde van het seizoen stopt met veldrijden, op een moment dat hij niet al te best bezig was. Van der Haar stelde toen ook dat hij het wielrennen op een gegeven moment als een last begon te zien en vooral lange trainingen hem tegenstaken. Intussen zit de 34-jarige crosser gelukkig terug met een heel ander gevoel op de fiets.
We bellen Van der Haar op middenin zijn tweeweekse trainingsstage in het Spaanse Calpe, waar hij samen met man-in-vorm Thibau Nys na de Wereldbekermanche van Flamanville naartoe is getrokken. Als nummer één en twee van die cross, konden ze met veel moraal naar Spanje afreizen, al moesten ze dan wel de Wereldbeker in Terralba laten schieten. “Thibau is dat goede gevoel natuurlijk al gewend, voor hem voelt dat normaler. Maar voor mij was dat toch een heel fijn gevoel. Dat scheelt een hele hoop”, zegt Van der Haar.
“De stage is voorlopig heel goed meegevallen. Het was echt heel leuk met Thibau. Anders had ik, in eigen land, nooit die extra uren kunnen doen. Nu hebben we lange ritten gedaan en hard gewerkt. Zelfs als Thibau soms een uurtje meer moest trainen in functie van de weg, zei ik aan het einde van de training telkens tegen Thibau: ik ga gewoon mee. Ik denk dat ik maar één keer na mijn eigen training ben gestopt. Het weer was bizar goed, dat maakt het automatisch makkelijker.”
Zo trekt de meervoudige Nederlandse kampioen dat goede gevoel van zijn laatste crossen gewoon door. “Als je goede uitslagen rijdt, is het altijd leuker. Dat is logisch. Als ik nog altijd had rondgereden zonder enig perspectief, zoals in de eerste weken van het seizoen, dan had ik het veel lastiger gehad. Ik merk dat ik veel meer plezier op de fiets en in de wedstrijden heb. Dat doet deugd.”

Van der Haar aan het werk in Flamanville – foto: Fotopersburo Cor Vos
Moeilijke periode
Het is een heel andere Van der Haar dan de versie die eind oktober zijn afscheid aan de sport aankondigde. Toen zei Van der Haar: “Om op dit niveau te sporten, moet je ongelooflijk veel laten. Als dat op een gegeven moment een last wordt, dan is het enorm moeilijk om dat nog op te blijven brengen.” Daar blijft hij wel achter staan, maar dit seizoen volbrengen gaat nu wel gemakkelijker dan toen.
“Voor ik in het weekend met de crossen in Merksplas en Hamme plots veel beter begon te rijden, was het lastiger”, aldus Van der Haar. Maar dan kwam er toch de kentering voor de ervaren crosser, met enkele top 5-plaatsen. “Ik had mijn ribben gekneusd voor de openingscross in Meulebeke. Daar heb ik heel lang veel last van gehad. Dan was ik twee keer twee dagen ziek geweest, waardoor ik sowieso niet in de vorm zat dat ik moest zijn. Dat reken je uit in je hoofd: binnen twee weken zal ik er opnieuw staan. Maar toen stond ik er nog steeds niet. Dat was frustrerend.”
Die ziekte bleef langer na sluimeren dan verwacht, en ook de vermoeidheid en onzekerheid sloeg toe. “Ik voelde dat ik gemakkelijk een uur kon crossen. Ik was niet specifiek moe na dat uur. Maar ik kon niet diep gaan om mee te doen en om een uitslag te rijden. Uiteindelijk probeer je dan de hele tijd bij te trainen. Maar we moesten toch wat anders proberen. Ik heb dan gewoon gezegd: we gaan een week rusten. Daarna kon ik in één keer een stuk dieper gaan en wél aanzetten.”
Het verleidde Van der Haar op een gegeven moment tot de uitspraak dat hij zich er maar moest bij neerleggen dat zijn niveau van toen zijn hoogst mogelijke was. “Je steekt het eerst op de ziekte, dan kom je op een punt dat je denkt: dat moeten we nu wel voorbij zijn. Maar dat bleef maar niet lukken. Dan denk je op een gegeven moment dat het gewoon je maximale niveau is. Maar vanaf Merksplas, wist ik meteen: eigenlijk zit er nog wel wat in.”

Soms was het afzien voor Van der Haar – foto: Fotopersburo Cor Vos
Mooi afscheid
Doet dat Van der Haar dromen om afscheid te nemen door de grote poort, met nog ergens een mooie overwinning? “Ik ga niet dromen”, repliceert hij meteen. “Er gaat wel wat gebeuren de komende vier weken”, doelt hij op de aanwezigheid van Mathieu van der Poel. “De podiumplekken worden dan bijna overwinningen. Maar ik ga proberen om mijn stempel te drukken voor mezelf. Op het Nederlands kampioenschap en wedstrijden na het WK zijn wedstrijden waar ik op dikke podiums kan mikken.”
Daarvoor pakt hij de kerstperiode op zijn eigen manier aan. “Dat is het grote voordeel van iets later in je carrière te zitten. Voor mij zijn die klassementen niet meer zo belangrijk. Dus is het ook gemakkelijker om keuzes te maken. Ik weet dat het anders te veel is. Maar een jonge renner die klassementen wil winnen of goed wil staan in alle drie, moet ook gewoon meer rijden. Dan wordt het een heel moeilijke puzzel.”
Dat zou een frissere Van der Haar op zijn allerlaatste Nederlands kampioenschap ooit kunnen opleveren, waar hij Mathieu van der Poel sowieso niet treft. “Maar dan moet ik nog altijd voorbij een Joris Nieuwenhuis, Tibor Del Grosso en Pim Ronhaar is ook niet de gemakkelijkste als hij goed is. Het NK is een groot doel maar ik ga niet zeggen dat ik daar ga winnen. Veel hangt af van hoe goed Tibor al is. Daar verwacht ik misschien nog het meeste van. Zelf ben ik al blij met een mooi podium”, besluit de succesvolle crosser.

RIDE: het ideale cadeau voor de feestdagen!
De gloednieuwe RIDE Magazine Wintergids 2025 zit met 156 pagina's bomvol mooie wielerverhalen om van te genieten in de koude winter. In het blad lees je interviews met Lorena Wiebes, Tibor Del Grosso, Oscar Onley, Ide Schelling en Wilco Kelderman. Het gaat over de veldritwinter, alles over Alpe d'Huez, het nieuwste materiaal en jouw fietsplannen voor 2026.
Een ideaal cadeau om weg te geven voor de feestdagen, toch? Bestel nu deze RIDE voor jezelf of voor een echte fietsfanaat.
Om te reageren moet je ingelogd zijn.