Als er één renner is die deze ronde verbaasd, dan is dit Steven Kruijswijk wel. De Raborenner zit in zijn eerste profjaar, stond tweede reserve voor de Giro en hoorde pas kort voor de start van de ronde dat hij deel moest nemen vanwege een zieke Freire. De neoprof staat zeer knap op een achttiende plaats in het algemeen klassement en reed gisteren ook weer lang met de beste mee de beruchte Gavia op. De Brabander zelf is ook zeer verrast over zijn prestatie: “Het is bijna een ongelooflijk verhaal.”

De Gavia ging “erg goed”, vertelde Kruijswijk aan RaboSport. “Ik heb geen moment echte problemen gekend en voelde me prima. Op twee kilometer van de streep moest ik de toppers laten gaan, omdat Cadel Evans versnelde, maar ik heb ze nog altijd voor me uit zien fietsen”, zegt de nummer achttien van het algemeen klassement.

Nu de ronde vandaag ten einde loopt is er bij de neoprof ook wat ongeloof over zijn goede presteren. “Het is een bijna ongelooflijk verhaal. Ik ben er plompverloren ingestapt, want pas op het laatste moment werd de knoop rond Oscar doorgehakt.” Door de late oproep heeft de hij zich niet kunnen voorbereiden. “Zonder specifieke training voor een grote ronde. Zonder enig gevoel wat ik kon verwachten. Zonder illusies. Ik ben in de grote etappes bij de eerste twintig geëindigd. En het ging steeds een stukje beter,” zegt Kruijswijk, verbaasd over zijn eigen presteren.

De drie doelen die de Brabander vooraf had gesteld zijn ruimschoots gehaald. “Iets voor de ploeg betekenen, in de moeilijke etappes op tijd binnen komen en Verona halen.” Bij de beloftes klom Kruijswijk vaak met de besten omhoog, en ondanks dat het niveau bij de profs een stuk hoger ligt, reed de Raborenner juist bergop met de subtop mee omhoog. Dit was toch een verrassing voor een renner die in zijn eerste profjaar zit. Ook voor de ploegleiding. “Ik wist dat ik wel kon klimmen, maar hier is de wereldtop present. Frans zei nog: ‘Je moet er niet van staan te kijken als er straks zestig man beter omhoog gaan dan jij’. Daar hebben we de afgelopen dagen nog om moeten lachen. Het was voor iedereen een verrassing.”

Evenals Mollema heeft Kruijswijk deze ronde veel kunnen verbeteren in zijn daalkunsten. “Dalen was niet mijn sterkste punt. Daar mocht nog wel wat aan geschaafd worden. Maar deze ronde heb ik erg veel daalervaring opgedaan.” De Gavia van gisteren staat berucht om zijn moeilijke afdaling, maar ook hier ging de Brabander moeiteloos naar beneden. “Ik heb nooit een moeilijk moment gehad. Eigenlijk verbaasde mij het een beetje dat ik in dat eerste deel van de Gavia zo goed kon volgen in het groepje Basso. Ja, het was een linke afzink, maar ik zat nooit met samengeknepen billen op de fiets,” sluit Kruijswijk met trots af.