Italië heeft zich tot de nieuwe Europese kampioen mixed relay gekroond tijdens het EK wielrennen in Trentino. De Italiaanse mannen en vrouwen, onder wie wereldkampioen tijdrijden Filippo Ganna, verwezen Duitsland en Nederland naar de overige ereplaatsen.

Na de individuele tijdritten voor de junioren-categorieën was de team mixed relay het derde event op de openingsdag van het EK wielrennen in de regio Trentino. Daarin mochten de Duitse mannen en vrouwen proberen hun Europese titel van vorig jaar te verdedigen. Net als in 2020 waren Justin Wolf, Mieke Kröger en Miguel Heidemann van de partij, de plaatsen van Lisa Brennauer, Lisa Klein en Michel Hessmann werden ingenomen door Max Walscheid, Corinna Lechner en Tanja Erath.

De Oostenrijkse mannen, met DSM-renner Felix Gall, mochten het eerste blokje van vier landen in de ploegentijdrit beginnen. Daarna volgden Rusland (met ex-Katusha-renners Artem Ovechkin en Pavel Kochetkov), Polen en Nederland, dat aan de start verscheen met Koen Bouwman, Jos van Emden en Bauke Mollema. De Nederlanders verloren onderweg Bouwman, maar Van Emden en Mollema waren bij de wissel – in 24:37 minuten – ruim een minuut sneller dan de andere teams.

Nederlandse vrouwen halen Polen in
Daarna waren de vrouwen aan de beurt. Floortje Mackaij, Amy Pieters en Demi Vollering mochten proberen de snelle tijd van hun mannelijke landgenoten door te trekken naar de finish. Het oranje drietal passeerde onderweg de Poolse vrouwen Dorota Przezak, Paulina Pastuszek en Patrycja Lorkowska, die drie minuten eerder waren gestart, en zetten voor Nederland de klok stil op 52:25 minuten. Daarmee was de oranjeploeg voorlopig drie minuten sneller dan de concurrentie.

foto: Cor Vos

Inmiddels hadden de Oekraïense mannen het tweede blokje afgetrapt. Daarna volgden Frankrijk (met Bruno Armirail, Benjamin Thomas en Alexis Gougeard), Italië (met wereldkampioen Filippo Ganna, Matteo Sobrero en Alessandro De Marchi) en Duitsland. Italië was aan het tussenpunt na 10,6 kilometer sneller dan Nederland. Bij de wissel doken de overgebleven Italianen Ganna en Sobrero 26 seconden onder de Nederlandse toptijd.

Elena Cecchini, Marta Cavalli en Elisa Longo Borghini mochten daarna proberen de voorsprong te verdedigen. De Duitse vrouwen moesten 27 seconden op Italië en een tel op Nederland zien goed te maken. Frankrijk volgde al op 33 seconden. Cecchini, Cavalli en Longo Borghini gingen sneller dan Mackaij, Pieters en Vollering en hadden aan het tussenpunt de Italiaanse voorsprong al naar 33 seconden gebracht. Ook de Duitse vrouwen waren aan het tussenpunt sneller.

Italië verzekerd van Europese titel
Italië was aan de finish 26 seconden sneller dan Nederland. Toen was het alleen nog wachten op de binnenkomst van de Duitse vrouwen. Duitsland was twintig seconden langzamer dan Italië en deed daarmee afstand van de Europese titel, maar was vijf tellen sneller dan Nederland. Daarmee waren de winnaars van de medaille bekend: de Italianen pakten het goud, de Duitsers het zilver en Nederland het brons. Frankrijk werd vierde en greep naast eremetaal.