Hetty van de Wouw keek tevreden terug op haar optreden tijdens de achtste finale en de kwartfinale van het individuele sprinttoernooi van de Olympische Spelen in Parijs. Via de Française Mathilde Gros en de Britse Sophie Capewell drong de Nederlandse door tot de halve finale. Vooral over haar rijden was ze te spreken.

“Ik denk dat het beter was dan gisteren en ik voelde me ook beter”, zei Van de Wouw, die zich op de eerste dag van het sprinttoernooi als achtste had gekwalificeerd, in gesprek met de NOS. “Die achtste plaats viel wat tegen. Mijn tijd was gewoon hard, maar er gingen er zeven nóg harder. Dus in dat opzicht was ik nu gewoon heel blij hoe ik reed. En dat dit eruit komt, is heel mooi.”

De 26-jarige renster uit Kaatsheuvel voelde vrijdag alle plichtplegingen na haar zilveren medaille op de Keirin nog in de benen. “Het was een redelijk korte nacht. Ik had niet heel lang geslapen na die zilveren medaille. Toen moesten we gisteren aan het begin van de middag alweer. Nu heb ik gewoon een wat langere hersteltijd gehad na gisteren en dat heeft me goed gedaan.”

• 

  10 aug

  Lees ook Parijs 2024: Hetty van de Wouw bereikt halve finale in individueel sprinttoernooi

  10 aug

Zondag wacht in de halve finale de Duitse Lea Friedrich. “Ik heb er heel veel zin in. Ik ga het gewoon doen zoals het vandaag ging, en dat ging goed. Ik heb goede ritten laten zien en ik denk dat ik daardoor weet wat ik op deze baan moet doen, wat voor mij werkt. Uiteindelijk is het ook belangrijk om niet te veel te focussen op de tegenstander, maar ook dicht bij jezelf te blijven en weten waar jij goed in bent.”

Wat er mogelijk is? “Als je in de halve finale staat, kan alles!”