Inmiddels heeft Robert Gesink zijn deceptie van de Tour de France verwerkt en is hij al weer langzaam in voorbereiding op zijn nieuwe doel, de Vuelta. Aan Rabosport gaf Nederlands grootste klimtalent aan de komende dagen weer op de roller te gaan trainen, zijn teleurstelling van de Tour wel verwerkt is en dat er in Nederland een onterechte negatieve sfeer hangt rondom de Raboploeg.

“Ik heb een paar uurtjes met mijn vriendin gefietst. Dat was goed, want dan kan ik sowieso niet vol doortrekken. Het was prettig weer op de fiets te zitten en te merken dat het goed gaat. Met het oog op de voorbereiding van de Vuelta gaf dat een goed gevoel. De komende dagen een beetje op de rollenbank en we kunnen weer vooruit kijken. We gaan nu naar de Vuelta toewerken. Over twee weken mag het gips er af en dan kan ik er weer helemaal tegenaan.”

“Natuurlijk was het shit om de Tour te verlaten, maar het is ook niet het einde van de wereld. Ik bedoel maar. Het was slikken en een geweldige tegenvaller, maar vooral omdat al snel duidelijk was, dat ik me op de Vuelta kon richten, ging de verwerking toch wat gemakkelijker.”

“Omdat dat (Tour de Limousin en GP Plouay) het beste aansluit op mijn hoogtestage en precies tussen die stage en de Vuelta in valt. Die is in overleg met trainer Louis Delahaye en de ploegleiding besloten. Ik ben er content mee. Hoe het profiel van de Tour du Limousin eruit ziet? Volgens Stef Clement, die ik heb gebeld, is het vergelijkbaar met de Touretappe van vandaag, dinsdag. Op en af, maar geen cols. Ik denk ideaal om weer wedstrijdritme op te doen.”

“Ik heb dagelijks contact met Grischa, Stef, Laurens, Joost. En met de ploegleiding. Mijn sporthart is nog steeds in Frankrijk. Bij de ploeg. Bij de jongens. De laatste dagen voor de rustdag hebben ze het goed gedaan. Ik weet zeker dat het nog goed gaat komen. Ik hoop het ook, om al die critici en betweters op hun nummer te kunnen zetten. In de Tour merk je daar niet zoveel van, maar toen ik eenmaal terug was, zag ik veel stemmingmakerij en daar heb ik me rot aan geërgerd. De een weet het nog beter dan de ander. Dat de jongens elke dag hun stinkende best doen, zien sommigen niet eens meer. Alleen al daarom zou ik succes nog meer toejuichen dan normaal.”