foto: Sirotti

Robert Gesink heeft in de twaalfde rit van de Vuelta zijn goede vorm bevestigd. De Rabo-renner werd in de rit met aankomst op de tweekilometer lange Mirador de Ézaro knap vierde, achter de Spanjaarden Rodriguez, Contador en Valverde.

Naast Gesink wisten ook ploeggenoten Bauke Mollema (14e) en Laurens Ten Dam (17e) hoog te eindigen, en zo hun top 10 plek in het algemeen klassement te behouden. In een prachtig gevecht tussen de klassementsmannen om goede plekken te bezitten voor aanvang van de klim, kwam Rabobank goed naar voren. Het team zette de drie kopmannen perfect af. “Dat was vandaag ook punt nummer een”, verklaarde ploegleider Adri van Houwelingen tegen Rabosport. “Als je hier niet goed aan de klim begint, dan hoef je het niet eens meer te proberen. Belangrijkste voorwaarde was de klimmers vooraan af te zetten, maar daar maak ik de ploeg ook een groot compliment voor, want het was voortreffelijk.””

Van Houwelingen zei verder: “Je ziet dat gaandeweg de Vuelta de verschillen steeds kleiner worden. Ik denk dat de gaten groter waren geweest wanneer deze klim een week eerder op het programma had gestaan. De toppers raken toch wat meer vermoeid en Robert maalt door als een diesel. We zullen dit weekend zien wat dat in het echte hooggebergte inhoudt.”

Ook Robert Gesink is tevreden met zijn prestatie: “Het liep goed vandaag. Deze klim lag me eigenlijk wel. We waren heel goed afgezet door de ploeg. Knap werk, want het halve peloton wilde hier vooraan beginnen. Het was gewoon een massasprint naar de voet van de slotklim. In het begin moest ik nog even in mijn ritme komen, maar in het tweede deel ging het steeds beter. Vanaf de laatste kilometer begon ik op te schuiven. Tegen het einde werd het voor mij beter en beter. Ik ben heel tevreden.”

Robert Gesink tijdens de beklimming van de Mirador de Ézaro – foto: Sirotti

“Dit had ik natuurlijk wel gehoopt, maar eigenlijk niet verwacht. Want na de tijdrit van gisteren voelden de benen zwaar aan. Het was mijn eerste lange tijdrit sinds een hele tijd. Dat zag je ook bij de andere klassementsrenners. Maar we zijn het goed door gekomen. Ik hoop dat ik dit de komende dagen kan doortrekken. Het geeft in elk geval een goed gevoel richting de bergetappes.”