Vanmiddag gaat de Eneco Tour van start met een korte proloog in Amersfoort. Gisteren al werd, zoals gebruikelijk, het deelnemersveld gepresenteerd aan het publiek op de ploegenvoorstelling. Ons gewaardeerd lid Herman ten Kate, man van de streek en beter bekend als Hermantk, was namens WielerFlits aanwezig en verzamelde enkele quotes van de belangrijkste deelnemers.

Rabobank
Rabobank beet de spits af op de ploegenvoorstelling. De bankiersploeg rijdt haar enige thuiswedstrijd op WorldTour-niveau naast de Amstel Gold Race, en is dus gebrand op een goede prestatie. De voorbije twee jaar stonden er in totaal drie Rabo-renners op het podium: Sebastian Langeveld en Maarten Tjallingii in 2009 (beiden ook dit jaar weer van de partij), en de inmiddels ex-profrenner Koos Moerenhout vorig jaar.

Tjallingii wil zijn zevende plaats in de eindstand van vorig jaar graag minstens evenaren. “Jazeker. Ik heb hier vorig jaar top tien kunnen rijden, dus het zou mooi zijn om dat dit jaar weer te doen.” Ook Langeveld mikt op een goede notering. “Het is een mooi doel, de Eneco Tour gaat voor een groot gedeelte door eigen land. Ik heb er in ieder geval een doel van gemaakt om een goed klassement te rijden.”

De kracht van van Rabobank lijkt hem in de breedte van het team te zitten, want met Lars Boom zit er nog een derde – en misschien wel de grootste – kanshebber in het team. De Brabander werd vorig jaar bij zijn eerste en enige deelname zesde, en ook hij kan zeker hoog eindigen in de eindstand. “Of ik scherp sta? Zeker. Ik denk dat we dat alle acht wel staan, dus dat komt wel goed.”

Jos van Emden wil vooral van zich laten horen in de proloog. “Vorig jaar werd ik daarin tweede (na Svein Tuft, red.), en ik ben hier naartoe gekomen om dat te overtreffen.” Dat geldt ongeveer ook voor Rick Flens: “Ja, de tijdritten zijn voor mij. En voor de rest ben ik er voor de ploeg.” En ook de Belg Maarten Wynants mikt, in eerste instantie toch, vooral op de proloog. “Daarna zien we wel hoe de krachtsverhouding is in de ploeg.”

De ploegleiding ziet het niet als een nadeel om met veel vooruitgeschoven pionnen aan de start te verschijnen. “Nou, we hebben wel vijf kopmannen”, lacht ploegleider Nico Verhoeven. Zijn collega Frans Maassen is dezelfde mening toebedeeld. “We gaan morgen eerst maar eens de proloog rijden, en dan gaan we na die proloog eens kijken hoe de kaarten geschud zijn”, is de logische tacktiek.

Skil-Shimano
Skil-Shimano, dat een wildcard kreeg, moet het niet van zijn sterkte in de breedte hebben en mikt niet in eerste instantie op het klassement. Met Kenny van Hummel heeft het wel kansen op een spurtzege. “Ik hoop tenminste dat ik mag sprinten van de ploeg hier”, opent Van Hummel verrassend. “Ik ga na dit seizoen de ploeg verlaten, en ik ben een beetje de dupe van de kromme puntentelling. Dat is het systeem tegenwoordig”, licht hij toe.

“Maar ik ben hoe dan ook niet te beroerd om voor de ploeg te werken”, besluit hij. Dat zou dan eventueel voor Koen de Kort kunnen zijn. De Brabander hoopt voor zichzelf op een goed klassement. “Dat is mijn persoonlijke ambitie, net als misschien een ritzege in een lastige etappe. Dat de ritten eigenlijk een beetje allemaal lastig zijn? Ja, met deze wind zal dat zeker zo zijn!”

Vacansoleil-DCM
Net als Rabobank rijden er ook bij Vacansoleil-DCM meerdere renners rond die aanspraak kunnen maken op de eindzege. “Dat is niet altijd gemakkelijk”, zegt ploegleider Hilaire Van Der Schueren. “Maar het is toch altijd beter dat ze allemaal dezelfde dingen willen en we daar een geheel kunnen van maken. Wie van ons morgen de proloog wint? Ik hoop Lieuwe, maar dat kan even goed iemand anders zijn.” “Ik zeg niks”, antwoordt Westra met een knipoog.

In de Ardennen rekent Van Der Schueren naar eigen zeggen op de Vlamingen binnen de ploeg. “Laten we zeggen dat daar één van hen wint.” Met de Vlamingen wordt uiteraard Thomas De Gendt en Stijn Devolder. De eerste reed bijna een hele Tour op halve kracht maar liet zich in positieve zin opmerken in de slotweek, de tweede reed zich in de Clascia San Sebastian voor het eerst sinds lang weer in de kijker.

Devolder: “Ja, ik was goed in San Sebastian, maar net niet goed genoeg om de echte toppers die uit de Tour kwamen, te volgen. Maar we zijn ondertussen al een goeie week later en misschien kan ik nu wel opnieuw volgen.” De Gendt: “Ik weet niet of de conditie nog optimaal is. Na de Tour heb ik San Sebastian gereden, maar voor de rest nog geen echte koers. Dus we zullen morgen snel merken of dat de conditie goed is of niet.”

Leopard-Trek
De laatste ploeg die een Nederlandse kandidaat op de eindzege binnen haar rangen heeft, is Leopard-Trek. Joost Posthuma is de kopman van dienst. “In de Tour was mijn vormpeil goed, en de Eneco Tour is nog een weekje naar voren geplaatst, dus ik ben benieuwd hoe het herstel is. Maar dit is eigenlijk mijn eerste koers in Nederland dit jaar, dus dat is zeker mooi en bijzonder. Ik hoop dat de ploeg mij goed kan ondersteunen.”

Saxo Bank-SunGard
Bij Saxo Bank-SunGard is Nick Nuyens de kopman; is het niet voor een klassement, dan maar als rittenkaper. “Ik begin nu na een tijdje rust aan mijn tweede seizoenshelft, dus het zal een beetje aanpassen worden”, zegt hij. “Ik ga het dag per dag bekijken, maar dit blijft sowieso een mooie wedstrijd. Dat ik hier vroeger al goed heb gereden? Klopt, maar ik ben ook al een paar keer gevallen, dus dat gaan we anders proberen te doen.”

Team RadioShack
Ook Team RadioShack rekent op een Belgische kopman: Ben Hermans. “Fijn dat ik bij de kanshebbers wordt gerekend. Het zal niet gemakkelijk zijn, want er is heel veel concurrentie en dit is en blijft een WorldTour-wedstrijd. Maar de conditie is wel goed, denk ik, al zal ik dat pas na de proloog zeker weten. Het belangrijkste in deze koers worden de koninginnerit naar Andenne en de allerlaatste rit in Valkenburg en Sittard.”

Sprinter van dienst is Robbie McEwen, die vorig jaar nog de etappe met aankomst in Rhenen won. “Ik voel me goed, dus we gaan er tegenaan. Of ik al iets aangestipt heb deze week? Alles met een finishlijn”, grapt de veteraan, die nog niet weet of hij ook volgend jaar nog wielrenner is. “Het is moeilijk te zeggen, ik weet het zelf nog niet. Ik geef dit niet graag als antwoord, maar we zullen wel zien”, klinkt het.

BMC Racing Team
Nog een Amerikaanse ploeg met een Belgisch speerpunt, is BMC. Greg Van Avermaet toonde in de Ronde van Wallonië dat het met zijn conditie alvast goed zit. “Maar in deze Eneco Tour zitten wel twee tijdritten, en dat is niet mijn specialiteit. Maar ik heb vooral mijn zinnen gezet op die lastige rit in de Ardennen en de slotrit in Nederland. Daar zullen we zien hoe ver we kunnen geraken in het klassement.”

Met van Karsten Kroon brengt BMC ook een Nederlander aan de start. Hij hoopt een grijs jaar, waarin hij de Ardennenklassiekers miste door een blessure en hij ook niet deelnam aan de Ronde van Frankrijk, alsnog wat kleur te geven. “Je reist de hele wereld over, maar het is toch het mooiste om thuis, in Nederland te koersen. Ik kom dus wel met enige ambitie aan de start. Als hoeveelste ik de Eneco Tour eindig? Euh… eerste!”, lacht hij.

Team Sky
Het Britse Team Sky brengt met Edvald Boasson Hagen één van de topfavorieten aan de start. De jonge Noor won de wedstrijd al eens twee jaar geleden, en hoopt dat nog een over te kunnen doen. “Ik kijk er alvast naar uit. Ik ben één van de favorieten en kan rekenen op een sterkte ploeg. Ik moet me gewoon helemaal geven en hopen dat de benen gerecupereerd zijn na de Ronde van Frankrijk.”

Quick Step
Tot slot werden de Belgische ploegen voorgesteld. Bij Quick Step is de hoop op een klassement gevestigd op veldrijder Zdenek Stybar, die echter zelf geen ambities uitspreekt. “Tijdens de Tour heb ik rust gehouden, nadat ik al onder andere de Ronde van België en de Ronde van Zwitserland had gereden. Na deze Eneco Tour staat er voor mij nog de Vattenfall Cyclassics op het programma, en daarna begin ik aan mijn voorbereiding op het cross-seizoen.”

Omega Pharma-Lotto
Omega Pharma-Lotto, tot slot, rekent voor resultaten, zoals bijna het hele jaar, op Philippe Gilbert. “Of het niet vervelend is om in elke koers als favoriet te starten? Ja, de laatste koersen een beetje, maar hier is het vlakker en dus meer voor tijdrit specialisten. Zeker met de bonificaties is Boasson Hagen een grote concurrent. Maar ik zeg altijd: de renners maken de koers. Soms kan het op het vlakke ook heel zwaar zijn. Ik ga zeker iets proberen, zeker in de Ardennenrit.”