BEAT speelt overtal uit op NK gravel: “Was niet chic geweest als het was mislukt”
Tijmen Eising is de nieuwe Nederlands kampioen gravel. De coureur maakte in de finale onderdeel uit van een kopgroep van zeven met daarbij vier ploeggenoten en speelde het overtal behendig uit in de slotrondes. “Het was niet chic geweest als het was mislukt”, reageert Eising daags na de wedstrijd.
BEAT was op voorhand al de te kloppen ploeg. Met Eising als Nederlands kampioen in 2021, Lars Loohuis als de regerend Nederlands kampioen en Thijs Zonneveld als de nummer twee van 2023, was de kans op voorhand al groot dat het rood-wit-blauw binnen de continentale formatie van Geert Broekhuizen zou blijven. Zeker omdat het team met Stijn Appel, Frits Biesterbos, Martins Pluto. Jeroen van Krimpen, Bram Dissel en Jules De Cock nog meer kanshebbers op de nationale titel had.
“Ik denk dat WielerFlits er goed aan deed om de drie sterren aan de hele ploeg te geven”, gaat Eising verder. “Het was duidelijk dat wij het moesten afmaken, al hadden we binnen onze ploeg met mij, Lars en Thijs drie renners die er in de pikorde net wat boven stonden door onze prestaties op de vorige NK’s.”
Vijf BEAT-renners in de kopgroep
In de wedstrijd kwam er al vroeg een kopgroep met daarbij Dissel, Biesterbos, Zonneveld, Loohuis, Rick Ottema, Luke Verburg en Stan Godrie voorop te rijden. “Toen dacht ik: dit kan ik wel eens de groep zijn. Vervolgens ben ik als laatste nog overgestoken. Dat was voor ons de ideale situatie, met vijf renners bij de eerste acht. We draaiden goed rond en konden in de slotfase het spel spelen.”
Loohuis, Verburg en Eising reden uiteindelijk weg uit de kopgroep om te strijden om de NK-titel. “Met twee BEAT-renners bij de eerste drie was dat voor ons een gunstige situatie. Als de eenling in de groep dan niet uitzonderlijk sterk is, is het een kwestie van uitspelen. Lars en ik demarreerden om de beurt, zo wisten we Verburg te kraken. En kon ik wegrijden. De laatste ronde was nog pittig, maar als je stevig door blijft rijden, weet je dat het binnen is.”
Loohuis wist daarachter plek twee te grijpen. Zodoende moest hij zijn rood-wit-blauwe trui afstaan aan een ploeggenoot. Heel rouwig is hij daar overigens niet om: “Natuurlijk kwam ik hier om mijn titel te prolongeren, maar in zo’n wedstrijd moet je als ploeg ook altijd voor zekerheid gaan. We moeten hier trots op zijn en ik ben blij voor Tijmen. Mijn NK-streak is nog steeds heel goed, met twee tweede plaatsen en een eerste plaats in de afgelopen drie jaar.”
Dit weekend staan Loohuis en Eising aan de start van het WK gravel in Leuven. Met alle WorldTour-profs aan de start verwachten ze niet om de regenboogtrui te zullen strijden. “Maar dromen mag”, eindigt Eising. “Als ik heel veel geluk heb, of eigenlijk geen pech, dan denk ik dat een plek bij de eerste tien mogelijk is.”