Schitterend erfgoed en mooie natuur: Madrid hoeft zichzelf niet te verkopen

Fietstoerisme Als je gaat fietsen in Spanje, denk je al snel aan de Costa Brava, de Costa Blanca, het Baskenland of Galicië. Hoewel deze regio’s het predikaat fietsregio niet voor niets hebben verdiend, heeft Spanje nog veel meer te bieden. Want wat denk je van de regio Madrid? We kennen de hoofdstad uit de Vuelta – natuurlijk – maar wist je dat de regio nog veel meer te bieden heeft. Buiten de hoofdstad ligt misschien nog wel méér erfgoed. En de aangelegde fietsroutes zijn schitterend.

CiclaMadrid heeft de zogenaamde ‘Gran Tour’ in het leven geroepen, een 420 kilometer lange route door de regio Madrid dat alle bezienswaardigheden met elkaar verbindt. Van het grootste stadspark van Europa, het Casa de Campo Park, tot het schilderachtige Parque Regional del Río Guadarrama – waar Wout Poels ooit een heel vette Vuelta-rit op zijn naam schreef. En dan vergeten we nog alle kloosters, het koninklijk erfgoed en zelfs sinister fascistisch erfgoed waar in Spanje nog steeds niet over gepraat wordt.

Deze 420 kilometer route brengt je lang drie UNESCO Werelderfgoedlocaties en zeven ‘Villas de Madrid’ en talloze verborgen parels. Op de eerste dagen vertrek je vanuit Madrid en krijg je meteen San Lorenzo de El Escorial te zien en dus ook het immense abdijcomplex van koning Filips II, dat een klooster, koninklijk paleis, bibliotheek en basiliek in één is. Vanaf daar heb je al schitterend uitzicht over de Sierra de Guadarrama.

foto: CAM/Hugo Fernández Comunidad de Madrid

Vanaf de derde dag moet er in een rit van totaal veertig kilometer geklommen worden naar de Monte Abantos, een stevige klim die je al vanaf de stadsranden van Madrid kunt zien. De klim is echter goed te doen met zeer goed onderhouden wegen en vanaf daar word je ‘beloond’ met de Valle de Cuelgamuros. De Valle is een gedenkteken van de slachtoffers van de Spaanse Burgeroorlog (1936-1939) en heeft ook een schitterende basiliek op de top staan. Wat je daarna te doen staat? Weer afdalen, een kilometer of tien tot vijftien, terug naar San Lorenzo de Escorial door de mooie natuur.

Veel groen
Want ja, Madrid is meer dan erfgoed. De dagen op de fiets passeer je ook het serene Valmayor-stuwmeer bij El Escorial en het levendige San Juan-stuwmeer, dat door Madrilenen zelf het ‘strand van Madrid’ wordt genoemd. En zo zijn er nog veel meer van dit soort plekken waar je heerlijk tot rust kunt komen, zoals het El Muro-strand.

Een populaire, groene fietsroute is die door het Picadas-reservoir in Aldea del Fresno tot aan Valdeiglesias. Het eerste deel van de route loopt fraai door het reservoir en langs een riviercanyon binnen het vogelbeschermingsgebied van de Alberche- en Cofo-rivieren. Het tweede deel voert door een aantal dorpen, dennenbossen en wijngaarden: van Pelayos de la Presa tot Sant Martín de Valdeiglesias, waar je dan ook weer kunt genieten van het erfgoed, zoals het bekende klooster van Sant Martín de Valdeiglesias. Perfect voor een rustige dag is deze route.

foto: CAM/Hugo Fernández Comunidad de Madrid

Wil je nu iets zwaarders? Geen probleem! Het toerismebureau heeft alle grote berg- en heuvelpassen in de regio in één route van tachtig kilometer samengevat, de Madrid Mountain Route. In deze tachtig kilometer maak je liefst 1.500 hoogtemeters, dus wordt het een pittige dag. De 1500 hoogtemeters zijn verspreid over twee beklimmingen en brengen je ook nog eens langs het prachtige park van Guadarrama.

Heerlijk eten
Als je bent uitgepuft en uitgerust in de Madrileense natuur, is een heerlijke maaltijd treffend. Om alvast te watertanden: de lokale gastronomie in Madrid is heerlijk. U moet denken aan geroosterd lamsvlees, Castiliaanse soep en mals kalfsvlees uit de Sierra de Guadarrama. En dan beginnen we nog maar niet over de wijnen.

Logistiek gezien is de reis niet moeilijk. In Madrid kun je op allerlei manieren (vliegtuig, auto, bus, trein) komen en vanaf daar is er een goede treinverbinding met El Escorial waarbij je zelfs je fiets kunt meenemen – er is zelfs een optie om de toeristentrein van Filips II te nemen.