Gravelen in Vaud: volop variatie en verrassing tussen het Meer van Genève en de bergen
Branded Content Van het diepblauwe Meer van Genève tot ruige bergpassen en kronkelende grindwegen: de Alpes Vaudoises in het westen van Zwitserland zijn een verrassende bestemming voor gravelliefhebbers. WielerFlits-verslaggever Jelmer IJff trok er op uitnodiging van Zwitserland Toerisme drie dagen op uit en ontdekte een regio waar sportieve uitdaging en indrukwekkende natuur naadloos in elkaar overlopen.
Wie denkt dat het echte werk pas in de Alpen begint, heeft het charmante Nyon nog niet ontdekt. Deze historische stad aan het Meer van Genève vormt de perfecte uitvalsbasis voor een gravelavontuur. Smalle straatjes, Romeinse resten en uitzicht op het meer zorgen voor een sfeervolle start. Nyon is een mooie en rustige stad, die nog niet zo overlopen wordt door toeristen. Dat maakt het ideaal om rustig eens een avondwandeling te maken door de straten in middeleeuwse stijl.
Voor mij voelt het een beetje alsof ik door een filmset loop. De rust in combinatie met de schoonheid zouden het perfect maken om een film op te nemen. Dat gevoel wordt zeker versterkt als ik bij het Romeinse kasteel van de stad sta en vol het Meer van Genève kan zien. Ik vraag me af: is hier Lord of the Rings opgenomen?
Zoals je op de foto’s ziet, ben je zo in de natuur vanuit Nyon. Dat voelde voor mij prettig. Direct na het verlaten opende zich een netwerk van grindwegen en bospaden dat in korte tijd overging in alpien terrein. Dit contrast tussen water en bergen is kenmerkend voor de regio en precies wat de Alpes Vaudoises zo bijzonder maakt voor fietsers.
Op de tweede dag leerde ik in de rit van Gryon naar Villars-sur-Ollon wat gravelen in de bergen inhoudt. De route begint rustig, met brede paden door open bergweiden en uitzicht over de Rhônevallei. Gaandeweg wordt het terrein ruiger, met steilere secties en losse ondergrond die meer techniek vergen.
Sommige passages zijn echter wel zo steil of rotsachtig dat je even moet afstappen. ‘Hike-a-bike’, zoals dat heet in graveljargon, is hier geen uitzondering maar eerder deel van de charme. Op sommige paden loop je letterlijk tussen de koeien door, die loom grazen op de alpenweiden terwijl jij je fiets omhoog duwt. Gelukkig deed mijn BMC Kaius 01 precies wat het moest doen. Op vlot lopende grindwegen voelde ik me snel, terwijl ik me bij de technische passages – als ik niet moest afstappen – veel comfort en grip voelde.
Wat me tijdens de rit opviel, was dat de routes zowel beginnende (ik) als ervaren gravelrijders volop uitdaging bieden. En dat de uitzichten altijd fraai zijn. Je kunt op bijna elke plek een rustmomentje op veel plekken wel uitzicht vinden op bergen, een stuwmeer en verschillende bergmeren. Waar je zelfs even een plons kunt nemen. En na een hobbelige helling staat je altijd wel een beloning op te wachten, waar je stil van wordt. Van fraaie bergrestaurants – zoals het Chalet Roy’Alp waar ik heerlijke zalm en malakoff at als pauze – tot spiegelende bergmeren of vergezichten.
Een hoogtepunt in de regio is letterlijk en figuurlijk de Col de Mosses. Deze klim van zo’n 600 hoogtemeters is een van de bekendere klimmen in de regio. De klim is geasfalteerd, en bewijst dat gravel en alpencols prima samengaan. De beklimming voert langs bossen en alpenweiden, en onderweg wisselen stevige inspanning en rustige vergezichten elkaar af. Vanuit Château-d’Oex is de klim ruim 13 kilometer lang aan een gemiddelde van 4,2%. Een mooie loper, die toegankelijk is voor wielrenners van elk niveau. Als nieuwkomer in de bergen kwam ik er relatief puffend en hijgend boven, maar gelukkig zat mijn rit er toen op.
Bereikbaarheid
Wat de Alpes Vaudoises extra aantrekkelijk maakt, is de bereikbaarheid. Elk bergdorpje is aangesloten op het openbaar vervoer, met treinen die fietswagons meenemen en bussen waar fietsen vaak mee kunnen. Voor gravelrijders die zichzelf willen testen in het hooggebergte, maar wel zekerheid willen over terugkeer of alternatieven, is dat ideaal.
Onderweg proef je ook alle lokale specialiteiten in bergrestaurantjes. Zo heb ik tijdens een van de fietstochten (in Chatel Roy’Alp) malakoff – een lokale Zwitserse, gefrituurde kaas – mogen eten onder het genot van een heerlijke Chasselas, maar zo is er nog veel meer. De Chasselas-wijn is een specialiteit van de regio Vaud. Dat is niet te missen, want in de omgeving van het Meer van Genève zijn de wijngaarden prominent aanwezig langs de wegen. De malakoff is niet het enige kaasgerecht dat geserveerd werd, want ook de kaasfondue en een macaroni-gerecht met Zwitserse kaas kwam veelvuldig op tafel.
Na de rit was het nog heerlijk uitrusten in Nyon en Château-d’Oex, waardoor het echte Zwitserleven helemaal tot me is gekomen.
Meer informatie over gravelavonturen vind je bij Zwitserland Toerisme
Verantwoording:
Dit artikel is geschreven door een redacteur van WielerFlits. Zwitserland Toerisme is mediapartner van WielerFlits en ondersteunt op deze manier ons platform. WielerFlits was op uitnodiging in de Alpes Vaudoises,