Beestachtig mooi Saarland heeft alles in huis voor een heerlijke fietsvakantie
Branded Content Van hard koersen tot rustig toeren en alles daartussenin: met zijn heuvelland, vriendelijke beklimmingen en rustige wegen heeft Saarland alles in huis voor een heerlijke fietsvakantie die je zo uitdagend kunt maken als je zelf wilt. Over uitdaging gesproken: je kunt er zelfs een enorm wild zwijn fietsen!
Saarland – niet te verwarren met Sauerland – is één van de zestien deelstaten van Duitsland. De naam doet misschien niet direct een belletje rinkelen, maar koersliefhebbers kennen de regio – of misschien moeten we zeggen: bepaalde plaatsen in de regio – waarschijnlijk wel uit de koers. Sankt Wendel was in 2005 en 2011 het toneel van het WK Veldrijden en hostte vorig jaar de start van de Deutschland Tour, de beste junioren ter wereld bekampen elkaar jaarlijks in de etappekoers Saarland Trofeo (voorheen Trofeo Karlsberg) en zelfs de Tour de France kwam al meermaals op visite in Saarland. In 2002 spurtte niemand minder dan Oscar Freire het snelst in hoofdstad Saarbrücken. Dit jaar vindt ontknoping van de Deutschland Tour plaats in de regio.
Een echt koersland dus, maar Saarland is óók een prachtig fietsgebied voor de niet-wedstrijdrenner. De streek ligt op de grens met Frankrijk in het zuiden (waar de Vogezen lonken en uitnodigen tot een uitstapje) en Luxemburg in het westen, en aan dat tweede land doet Saarland ook sterk denken. De streek is groen en heuvelachtig (hoogste punt: de 695 meter hoge Dollberg in het noorden), de wegen zijn goed en rustig en de beklimmingen zijn in de regel niet al te steil. Ideaal, want zo kun je je inspanning perfect afwegen en jezelf precies zoveel pijn doen als je zelf wilt. Al zouden we al teveel pijn toch niet aanraden, want het land is té mooi om al die schitterende uitzichten te missen.
Saarschleife
Een van die schitterende uitzichten is dat over de Saarschleife. Zoals je misschien al vermoedde dankt Saarland zijn naam aan de rivier de Saar, die de streek ten zuiden van hoofdstad Saarbrücken binnenkomt en in het noordwesten bij Saarhölzbach verlaat. Even daarvoor maakt de rivier een enorme haarspeldbocht, alsof hij zich opeens bedenkt dat hij ‘zijn’ land nog helemaal niet wil verlaten: voilà, de Saarschleife! Een 42 meter hoge observatietoren die pal op de kop van de bocht staat en hoog boven het bos uittorent, biedt een indrukwekkend uitzicht over deze schitterende kronkel der natuur. Misschien druist het tegen het fietsbrein in om de benenwagen te nemen, maar dit is wel dé plek om het te doen.
Uiteraard vormt fietsen het hoofdmeunu, en fietsen kan in het Saarland op alle manieren. Voor wielrenners zijn de opties legio, met een overvloed aan rustige asfaltwegen die het glooiende land doorkruisen. Meestal gaat dat zoals gezegd vrij vriendelijk, maar de gemiddelde stijgingspercentages van de beklimmingen zijn soms bedrieglijk: klimmen zoals de Schaumberg vanuit Alsweiler (6,4 kilometer, 4,5 procent) en de Bosse de Perl (4,6 kilometer, 4,6 procent) vlakbij het beroemde Luxemburgse grensplaatsje Schengen pieken toch venijnig boven de tien procent.
Mountainbikers vinden dat in de regel minder vervelend en dat is maar goed ook, want op de trails van onder meer Sankt Wendel, Sankt Ingbert en Perl gaat het er soms druistig aan toe, met bijvoorbeeld op ‘Die PUR’ – de mountainbikeroute rondom het stadje Sankt Ingbert – stijgingspercentages tot 36 procent en fikse afdalingen over worteltapijten. Gaaf voor de thrillseeker en de ervaren mountainbiker, maar misschien is de gravelbike nog wel de állerbeste manier om het Saarland te ontdekken: lus de grindwegen, veldpaden, singletracks en asfaltwegen aan elkaar vast en je krijgt uiteindelijk – zoals altijd – de beste doorsnee van het land te zien.
Menhir
Fietsen is natuurlijk heerlijk, maar Saarland heeft nog meer te bieden dan alleen fietsgeluk. De streek herbergt ook een bijzondere verzameling culturele en landschappelijke hotspots, waar je soms voor af ‘moet’ stappen maar soms ook simpelweg doorheen kunt fietsen. Dat laatste kan bijvoorbeeld in het ‘UNESCO-biosfeerreservaat’ van de Bliesgau in het zuidoosten, een paradijselijk heuvelland vol watertjes, boomgaarden en bosjes waar je allerlei bijzondere plant- en diersoorten tegenkomt – waaronder de helft van alle in Duitsland voorkomende orchideeënsoorten en dieren zoals de steenuil, bever en rode wouw.
Heb je er inderdaad geen problemen mee om ook af en toe af te stappen, dan kun je dat bijvoorbeeld doen bij de brute ijzersmelterij van Völklingen, de Völklinger Hütte – eind negentiende eeuw een van de grootste ijzer- en staalfabrieken van Europa en nu nog altijd een indrukwekkend staaltje industrieel erfgoed. Zoek je een wat ingetogenere energie, dan is de Benedictijner abdij van Tholey – het oudste klooster van Duitsland – misschien een goede optie. Nóg ouder zijn de overblijfselen van Keltische en Romeinse bewoning die je bijvoorbeeld vindt in het ‘cultuurpark’ van Bliesbruck-Reinheim maar ook op andere plekken in het Saarlandse land, zoals op de top van de Dollberg – waar resten van een Keltische verdedigingsmuur staan – of in de vorm van de Gollenstein bij Blieskastel, een van de grootste menhirs van Midden-Europa.
Saarlandschwein
Over menhirs gesproken: dat doet denken aan Obelix en everzwijnen, en dat doet weer denken aan… het Saarlandschwein, een route in de vorm van een zwijn langs de Saarlandse grenzen! Ja, we hebben het mooiste voor het laatst bewaard. Deze creatie van wielervereniging Überherrn (uit het gelijknamige plaatsje aan de route) is 311 kilometer lang, telt 3800 hoogtemeters en is gemaakt voor de racefiets. Daarbij hebben de makers met al hun parcourskennis hun best gedaan om de ideale route te creëren, met zoveel mogelijk verkeersluwe wegen, een zo groot mogelijke verscheidenheid aan landschappen en een mooie mix van vlakke wegen, zachte lopers en steile kuitenbijters.
Wat erg leuk is: eenmaal per jaar is er een speciale toertocht waarbij je de uitdaging met andere fietsers kunt aangaan, de Saarlandschwein-Ride-Out die dit jaar op 27 juli plaatsvindt. Álle fietsers die het zwijn met succes hebben getemd – ongeacht of dat tijdens de toertocht was of niet – kunnen zich na het doorsturen van hun route-file laten vereeuwigen in de Hall of Fame op de website. Hier kun je ook zien wie de snelste tijd heeft gerealiseerd (momenteel is dat 8:33), maar om een zilveren of gouden ‘medaille’ te scoren is één ding belangrijker dan de snelheid: het lokale broodje bal (Frikadellenweck) verorberen én een foto van die gebeurtenis meesturen!

Crossen door de bossen – foto: Manuela Meyer
Voor wie een heel zwijn op één dag iets te gortig vind, zijn er ook alternatieven: natuurlijk kun je de route ook in meerdere dagen rijden, en op de dag van de toertocht zijn er ook de kortere Überherrner Granfondo en Überherrner Gravelfondo. Maar toch, die hele route… als je die rijdt heb je Saarland écht uitgespeeld!
Ontdek wat Saarland nog meer te bieden heeft op fietsgebied
Naar hoofdstad Saarbrücken, in het zuiden van Saarland, is het vanuit Utrecht 450 kilometer rijden. Per trein (ICE) duurt de reis vanaf Utrecht ongeveer zes à zeven uur, waarbij je meestal één keer moet overstappen. Check online de mogelijkheden om je fiets mee te nemen. Ter plekke een fiets huren is ook een optie, zie bijvoorbeeld SaaRental in Saarbrücken.
Verantwoording:
Dit artikel is geschreven door de redactie van WielerFlits. Het Duits verkeersbureau is mediapartner van WielerFlits en ondersteunt op deze manier ons platform.