In het spoor van de Tour door kanton Vaud: van de Jura naar de Olympische hoofdstad
foto: Alain Rumpf

In het spoor van de Tour door kanton Vaud: van de Jura naar de Olympische hoofdstad

Voor het eerst in 8 jaar trekt de Tour weer naar Zwitsers grondgebied, tijdens etappe 8 en 9. Het merendeel van de Zwitserse passage vindt plaats in het kanton Vaud. WielerFlits trok naar de Jura en Alpes Vaudoises voor een verkenning.

In 2016 trok het Tourpeloton voor het laatst door Zwitserland, destijds voor een etappefinish aan het meer van Emosson. Zeven jaar na dato is het de beurt aan Lausanne: de stad van het Olympisch comité en talloze internationale sportfederaties. Maar, alvorens op een listig klimmetje wordt gefinisht staat de coureurs natuurlijk een lange aanloop te wachten. Alhoewel het Tourpeloton daar weinig oog voor zal hebben, valt er onderweg genoeg te zien en evengoed te beleven.

Na vertrek in het Franse Dole, koerst het peloton eerst door de campagne en trekt het de Jura in, waar het ten zuiden van Vallée du Joux de Frans-Zwitserse grens oversteekt. Deze vallei, gelegen op een hoogte van ruim 1000 meter, is gesitueerd rondom het gelijknamige Lac du Joux. In de zomer tref je er een oase van rust, maar ’s winters is dit een populaire vakantiebestemming. Pistes om af te dalen vind je er niet heel veel, maar de glooiende heuvels en bossen trekken veel langlauffanatici uit de wijde omgeving. Als het weer mee zit, kan er ook geschaatst worden op het 9 kilometer lange meer.

De vallei, die rondom het gelijknamige Lac du Joux ligt, is daarnaast van grote waarde voor de Zwitserse horloge-industrie, die zich grotendeels in de Jura bevindt. Fiets een rondje om het meer, amper 25 kilometer, en het aantal gerenommeerde horlogefabrikanten dat je passeert, zoals Patek Philippe, Bulgari en Jaeger-LeCoultre, is niet op één hand te tellen.

De Vallée de Joux, met in de voorgrond het kleine Lac Brenet – foto: Meylan Multimedia

Alhoewel de beklimmingen in de directe omgeving van de vallei niet erg zwaar zijn, is het wel erg mooi. Net als voor het langlaufen, leent de bosrijke omgeving zich goed voor fietsen. Over de glooiende wegen kan je ontspannen fietsen, zeker als je de drukke toegangswegen vanaf Lac Leman links laat liggen.

Een mooi gezicht langs veel wegen hier, zijn de zogenaamde murs en pierre sèches. Dit UNESCO werelderfgoed zijn stenen muren die zonder voegsel of cement worden gemaakt. Door een speciale bouwstructuur blijven de stenen die dus praktisch gezien losliggen toch op hun plaats. De ruim 250 kilometer van dergelijke muren werden vroeger gebruikt als grensaanduiding en om vee binnen bepaalde gebieden te houden.

De eerste klim op Zwitsers grondgebied in de Tour – foto: Alain Rumpf

De zwaarste beklimmingen liggen aan de oostzijde en zijn als toegangswegen van Lac Leman richting de Jura ook het drukst. Vooral als je deze wegen links laat liggen en wat verder de bergen induikt, tref je parels van wegen die zelfs op een prachtige zomerse dag opvallend rustig kunnen zijn. Met geluk heb je op een van de hogere toppen zelfs zicht op de Mont Blanc.

Over de col de Pétra Félix, lokaal bekend als de Col du Molendruz, gaat het peloton in dalende lijn richting Lac Leman. Deze passage gaat gegarandeerd spectaculaire helikopterbeelden opleveren, maar is ook een lust voor het oog vanaf de fiets. Over glooiende, bochtige wegen voert de rit door kleurrijke akkers en kleine dorpjes. In de verte komen de Alpen in zicht, terwijl de lome toppen van de Jura het decors ook nog sieren. Wie hier fietst hoeft zich geen seconde te vervelen, want er is altijd wat te zien.

Over glooiende wegen door korenvelden koerst het peloton richting Lausanne – foto: Alain Rumpf

Naar de Olympische hoofdstad
Zo zet het peloton koers richting Lausanne: de stad die bekend staat als de Olympische hoofdstad. Niet alleen het Internationaal Olympisch Comité is gevestigd in Lausanne, ook nog eens 59 internationale sportfederaties. Dat is zichtbaar in het parcours. Zo passeert de route op tweehonderd meter van het hoofdkantoor van de IOC, waarna de slotklim begint bij een kunstwerk waar wordt afgeteld naar de eerstvolgende Olympische spelen. De finish ligt vervolgens net voorbij het Olympische Stadion van Lausanne, waar overigens nooit Olympische Spelen plaatsvonden.

De slotstreep wordt bereikt na een venijnig klimmetje. De laatste 5 kilometer zijn bijzonder onregelmatig, tellen de nodige bochten en meerdere uitschieters boven de 10%. Afin, u kunt wel raden voor welke coureurs deze slotklim zich uitstekend leent.

Eén van de bijzondere items in het Olympisch Museum: de iconische Lotus-baanfiets van Chris Boardman – foto: Alain Rumpf

De klim loopt door het centrum voor de stad maar visueel is er eigenlijk vrij weinig aan. Dat komt omdat de Tourorganisatie vooral voor grote wegen heeft gekozen, het centrum van de stad heeft namelijk wel degelijk een bijzonder karakter. Moderne architectuur en bouwwerken uit de 11e eeuw staan hier kris-kras door elkaar. Lange tijd werden historische gebouwen namelijk niet gerestaureerd maar gewoon vervangen als ze zich in povere staat bevonden.

De sportliefhebber die Lausanne bezoekt, doet er goed aan het Olympisch Museum te bezichtigen. De vaste tentoonstelling is behoorlijk divers. Uiteraard komt de historie van de spelen aan bod, maar je treft er ook bijzonder interessante memorabilia en er is uitgebreid aandacht voor de logistiek van ’s wereld grootste sportevenement.


Later deze week verschijnt het tweede deel van onze blik op de Zwitserse Tourpassage door het Kanton Vaud: over etappe 9 waar onder meer het hoofdkantoor van de UCI, wijngaarden van de Lavaux en de Alpes Vaudoises worden aangedaan.

Om te reageren moet je ingelogd zijn.